Geachte Shirley week 3 2018: weekje Westfrisiaweg

MAN TGS 2nd genGeachte Shirley, na die uitgeruste zondag begon de maandag ook relaxed. We mochten weer naar de Westfrisiaweg, maar op het laatste moment was het weer even veranderd, en zo stonden we ’s ochtends met 8 auto’s netjes in de rij in het werkvak onder de fietsbrug, te wachten tot de kraan werd gebracht. Dat kwartiertje maken ging zo wel heel makkelijk, en de drukke ochtendspits konden we ook mooi ontwijken. Maar na nog een keer 3 kwartier te hebben gemaakt, moesten we dan toch aan de bak. Zand opladen vanaf de viaduct-constructie om ruimte te maken voor de kraan die straks heipalen moet gaan zetten, als ik het goed heb begrepen, en dat zand brachten we dan weer naar het viaduct bij de Houterweg, aan de andere kant van Hoorn. Een druk rondje dus, met al die verkeerslichten tussendoor. Gelukkig hoefden we niet aan te sluiten in 1 van de vele files die op de radio werden genoemd. Het leek wel Blue Monday, de meest depressieve dag van het jaar. Maandagen vallen altijd tegen, en ergens halverwege januari komt dan dat besef dat de goede voornemens langzaam weer zijn veranderd in de oude sleur, de vakantie voorbij is en de volgende vakantie nog jaren ver weg lijkt, het is koud buiten maar niet koud genoeg om te schaatsen, en dan miezert het ook nog een beetje. De mindere leuke nieuwsberichten volgden elkaar in rap tempo op, met als hoogtepunt het bericht dat het Kerst-reces is afgelopen, en de regering dus weer aan het werk gaat *smiley die diep zucht* benieuwd wat voor narigheid die het komende jaar over ons gaan uitrollen. Om de dag af te sluiten mochten we bij de trechter in Hoorn nog een vrachtje zand laden voor een bestratingsklus ergens in Andijk. Via de telefoon werd uitgelegd dat we het pad op moesten rijden, door het hek, en dan links om het gebouw heen, waar we tussen 2 lantaarnpalen konden kiepen *smiley die achter z’n oor krabt* geen probleem natuurlijk, behalve dan dat er bij het opgegeven adres alleen een woning stond, zonder hek, zonder pad om het gebouw heen *smiley die aan het stuur begint te knagen* en dan blijkt dat het verkeerde huisnummer is opgegeven, en we in de donkere miezer al een kwartier stapvoets langs huizen rijden die 20 nummers van het adres verwijderd zijn. Ja Blue Monday, het treft ons allemaal.

De dinsdag kon dus alleen maar beter worden, en vol goede moed reden we weer naar de Westfrisiaweg, om wederom zand te gaan laden bij de fietsbrug. Helaas werkte het weer niet echt mee en stonden we weer in de regen te knoeien. Op het werk was alles wel voor elkaar, bij het laden was er licht en verharding, en ook bij de 2 losadressen lagen er rijplaten en was er een begeleidende machinist. Maar het gedeelte daar tussenin *smiley die met z’n ogen rolt* is de A7 bij Hoorn tegenwoordig de nieuwe dagelijkse file geworden? Het leek erop dat het met het openen van de nieuwe Coentunnel en de spitsstrook verderop langs Wijde Wormer wat beter doorstroomde, maar blijkbaar vinden de forenzen het nu zo lekker doorstromen, dat ze bij Hoorn al in de knel komen wanneer iedereen daar tegelijkertijd probeert in te voegen en vrachtwagens in te halen. Dat word nog wat als de Westfrisiaweg straks klaar is en het verkeer er nog vlotter doorrijd en dus ook sneller de snelweg op stroomt. Op het nieuws waren er andere berichten. Alle files en uitlaatgassen ten spijt, lijkt de opwarming van de aarde plotseling heel ver weg. Vorig jaar was 1 van de koudste jaren sinds er met de landelijke temperatuurmeting is begonnen, en in het koudste plaatsje ter wereld, ergens in Rusland, is de thermometer kapot gevroren. En daar hadden ze al een aangepaste meter hangen, die tot voorbij -50 graden kon meten. Maar nu was ie dan toch gesneuveld. Wederom mochten we aan het einde van de dag weer naar het onvindbare klusje van gister, wat we nu toch een stuk sneller konden opsporen. Gelukkig maar, want een plotselinge hagelbui kleurde de weg wit, en dat is echt geen weer om langs de kant van de weg stil te staan op zoek naar onleesbare huisnummers.

Woensdag, schrik niet, mochten we wel naar de Westfrisiaweg, maar dan voor een andere klant. Langs de nieuwe weg komt namelijk ook een nieuw industrieterrein. Weet je dat filmpje nog over die bamboeboer en dat toekomstige tankstation? Blijkbaar gaat de verkoop van kavels zo hard, dat nu ook de boomgaard daarnaast moet wijken voor nog meer bedrijven. De fruitbomen waarlangs kort geleden nog een nieuw hekwerk was gezet, veranderde langzaam in een donkere bedoening. De bomen waren omlaag gehaald en de prut kwam met al dat werk en die neerslag omhoog. Voordat we aan de gang konden, moest er eerst nog een praatje gehouden worden over de vervuiling. In en om het schuurtje wat er staat, zit namelijk nog wat verdelgingsmiddel in de grond, en dat wil je natuurlijk niet onder je dikke betonnen vloer hebben als je daar straks op kantoor zit of in een werkplaats staat. We konden net niet in het schuurtje komen, de deur was te laag om jouw overdruksysteem op het dak ook binnen te laten, en de machinist was geconcentreerd bezig om de giek boven de bak te draaien, zonder het plafond eruit te tikken *smiley die zich nog eens uitrekt* een ideale klus om lekker even wat te lezen. Eenmaal onderweg naar Nauerna, waar ze dol zijn op vervuilde meuk, kwam de gedachte naar boven dat het toch wel vreemd is allemaal. De provincie Brabant gaat subsidie geven aan scholen die de grauwe tegels inruilen voor gras, struikgewas en schooltuintjes, en ondertussen zijn wij bezig om een mooi stukkie groen, dat de lucht zuivert voor de nog steeds groeiende nieuwbouwwijk aan de andere kant van de weg, af te breken om nog meer grote grijze bedrijven neer te kunnen plempen. Ja het kan raar verkeren in de wereld.

Donderdag mochten we weer naar de Westfrisiaweg, maar dan voor het Westfrisiaproject zelf. Weer zand landen, ware het niet dat de kraan gisteren was verplaatst naar de andere kant van het viaduct. Om in het werkvak te komen moesten we dus eerst uitvoegen onder de fietsbrug, dan de weg weer op richting A7, en net voor het spoor en de samenvoeging van de verkeersstromen vanaf de provinciale weg en de binnendoorweg uitvoegen het werkvak in. Er stond al een stevige woei, en vrijwel elk nieuwsbericht werd geopend met de mededeling dat er een code rood werd voorspeld. Aanhangers, caravans en lege vrachtwagens konden beter maar een tijdje van de weg af blijven. Blijkbaar hadden er veel mensen geluisterd, want het was rustiger dan anders op de Westfrisiaweg. Alleen begon de A7 al snel vast te lopen. Eerst omdat alle ouders hun kinderen met de auto naar school brachten, waardoor de turborotonde vastliep, waarna het verkeer opstroopte via de andere rotondes de afrit op tot het op de snelweg al stil stond. Was school eenmaal begonnen, dook er een ongeluk op, verderop op de A7, waardoor het verkeer weer stil kwam te staan. Wij reden het zand nu naar het werkvak bij de Markerwaardweg, maar om na het laden weg te kunnen komen, moesten we naar de A7 op, om dan bij Hoorn of Wognum om te keren en weer terug de provinciale weg op te gaan. De wind werd sterker, en we zagen meerdere vrachtwagens ons in hondendraf tegemoet rijden. Op de Westfrisiaweg kwam de wind precies vanaf de zijkant, en over de weilanden heen kreeg de bries vrij spel om als een dreinende kleuter aan auto’s, dixies en verkeersborden te trekken. De gele pickups van de provincie reden continue rond om omgewaaide schildjes en bouwhekken te lokaliseren, een paar chauffeurs gebruikten het werkvak als parkeerplaats om in de scheefhangende cabine een noodgedwongen rust te maken, maar ons kregen ze niet gek. Die 18 ton schoon aan de haak gaat zomaar niet omver *smiley met opengesperde ogen* alleen was er wel een splitpen uit de borging van jouw achterklep gewaaid. In de tweede schaft klapperde de keet al een stuk minder, en kwamen de verhalen en foto’s van omgewaaide dixies, overvaarde visserbootjes, gekreukelde zeecontainers en een hoofdkeet die een zijwand moest missen *smiley die zit te rillen in z’n tuigje* maar toen was het alweer voorbij ook. De wind was gaan liggen en in het zonnetje ging de middag verder, alsof er niets gebeurd was.

Van code rood voor de storm, ging het naar code geel voor de gladheid. Die avond werd ik weer wakker gebeld, om een uurtje of 11 *smiley die rood aanloopt* net toen ik begon weg te zakken in een fijne remslaap, werd het tijd om wakker te worden. Snel naar de Beemster om ons rondje te doen, en dan konden we hopelijk nog even een paar uurtjes pakken voordat de wekker weer zou gaan. Wachtend op ruimte om na het rondje leeg te draaien en schoon te maken, kwam de coördinator naast ons staan, om een praatje te maken over de vooruitzichten. “Ja het kan zijn dat we straks nog een keer gebeld worden. Ik denk het niet hoor, maar om 7 uur gaat het vriezen, en als het voor die tijd nog gaat regenen, dan moeten we weer een rondje.” *smiley met een doodse blik in z’n ogen* “Ja misschien hoor, het is niet zeker, maar dan kun je er alvast rekening mee houden.” *smiley die z’n nagels zit te slijpen* hoezo rekening mee houden? Moet ik dan straks alvast mijn ontbijt gaan zitten eten, en op de bank wachten tot je weer belt? Dat ik gewoon helemaal niet meer op bed ga? Wat wil je nou dat we voor zo’n bericht voorbereiden? *smiley met stoom uit z’n oren* altijd fijn, die middernachtelijke conversaties waar je geen steek wijzer van word.

Na weer een paar uurtjes slaap was het niet de telefoon (gelukkig had ik niet op de bank zitten wachten) maar de wekker die mij het bed probeerde uit te krijgen. Dat lukte na 2 keer snoezen ook. Wingman was al aan het werk, en kon mij geen duwtje in de rug geven, toch lukte het uiteindelijk om de klamme lappen weer in te ruilen voor het werkkloffie. Glaasje water drinken, tas inpakken met wat extra fruit voor de suikerkick, en we gingen weer. Stipt 2 minuten voor 7 stonden we bij de kraan, toen bleek dat we eigenlijk al om 6 uur hadden moeten beginnen. Dat had de planner even niet gezien, in de grote stapel met gegevens over werkvakken en aanrijroutes. Stiekem was ik wel blij met dat foutje, anders was het helemaal niet de moeite geweest om het bed weer op te zoeken. We begonnen weer met zand laden bij het werkvak net voor de fietsbrug, dat mocht dit keer naar het werkvak langs de afrit vanaf de A7 naar Hoorn-Noord/Enkhuizen. Korte ritjes en veel gebabbel over het bakkie, daarna een hazenslaapje toen de kraan weer terug verplaatst werd van de ene kant van het viaduct naar de andere kant. Nee zomaar heen en weer rupsen gaat niet, want daar tussendoor loopt nog een weggetje, voor het verkeer dat vanaf de Enkhuizense kant wil afslaan de Oostergouw op. Toen het zand aan de andere kant ook op was, mochten we grond gaan laden bij de rotonde bij Bovenkarspel. Welgeteld 1 rondje, tijdens de middagschaft kwam er bericht van de uitvoerder dat er verderop, 10 minuten hobbelen over de werkweg en cruisen over het nieuwe asfalt, nog een bult grond lag waar de vijfassers moesten laden, zodat we de trailers niet in de weg reden. Helaas liep het laatste rondje niet zo lekker, ik begon al haast te krijgen, toen opeens werd besloten dat we slappe bagger mee hadden, en dat wilden de machinisten niet in de overhoogte gebruiken voor het nieuwe viaduct. Overhoogte gaat toch weer weg? Ja maar als je er slappe meuk voor gebruikt, dan kan het zijn dat de hele berg uitzakt en de sloot dichtgooit, met kraan en al. Daar worden machinisten niet blij van, als ze eerst door de prut moet waden om vervolgens de bagger tussen de cabine en het motorblok vandaan te spitten.

Nou is dat op zich niet erg, dat we het langer duurt, maar dit keer had ik even wat beters te doen. Via Wingmans werk waren we uitgenodigd voor een vaartochtje over de Amsterdamse grachten, om met collega’s en aanhang te genieten van een borreltje en de City Lights Toer. Kunstwerken gemaakt van licht, of het nu TL-buizen waren of netten waarop een afbeelding werd geprojecteerd zodat het 3D leek, er was vanalles te zien. En de meeste stukken hadden de storm nog overleefd ook. Ik had me pittig zitten haasten, we moesten om 18:30 aan boord, en voor die tijd moest ik met Wingmans auto Amsterdam inrijden, op zoek naar de opstapplek en dan daar zo dichtbij als mogelijk een zo veilig mogelijke parkeerplaats zien te vinden *smiley met opengesperde ogen* na wat keren en wachten voor auto’s die dwars op de weg stonden, zag ik de ingang met een bordje over de inrijhoogte. Dat ging makkelijk passen, ware het niet dat het de uitgang bleek te zijn *smiley die rood aanloopt* en ik dus met 8 meter auto en gigantische dode hoek achteruit over een zebrapad en een fietspad weer de weg op moest *smiley die paars aanloopt* in het donker, met overal lichtjes, of weerkaatsing van lichtjes, of gewoon vertekende regendruppels op de spiegel *smiley met schuimende mondhoeken* op goed geluk achteruit dan maar om daarna luid vloekend de weg te vervolgen, de ingang van de garage te vinden en dan, terwijl je probeert de spiegels uit de muur en de velgen van de gemene stoeprandjes te houden, nog betuterd worden ook door zo’n haastige hufter die achter me reed en meer haast had *smiley in een witte bloes met lange mouwen* ja niet zo gek he, mafklapper, dat jij hier hard kan rijden! Jouw auto is zo groot dat als ik hard rem, je in de uitlaat komt vast te zitten, dus rot ff een tijdje op met je asociale getuter en krijg een tijdje de tyfus ofzo! Netjes op tijd en net niet helemaal over m’n toeren rende ik de parkeergarage uit om Wingman omslachtig en onduidelijk via de telefoon te vertellen waar ik was, waarna ik een tijdje kon wachten tot hij zou verschijnen. Een halfuur later *smiley die nagels bijt* maar dat maakte niks uit, want de boot bleek pas om 19:00 te vertrekken *smiley die begint te kwijlen en raar met z’n ogen knippert* gelukkig kon ik toen eindelijk een beetje tot rust komen. Het gekabbel van het water, de konijnenknabbels die op tafel stonden, een goedkoop glaasje sju de rans erbij en het rustgevende Belgische accent van de schipper die het verhaal achter de kunstwerken vertelde. We voeren langs een grachtenpandje dat te koop staat voor 8,5 miljoen, langs auto’s die gevaarlijk dicht op het randje geparkeerd stonden, langs het smalste huis (letterlijk 1 dubbele deur breed, maar wel 5 verdiepingen hoog) oja en langs al die kunstwerken natuurlijk. Amper anderhalf uur later was de tocht alweer voorbij, voor 14 eipo mocht ik de auto weer terugkopen van de parkeergarage, maar het was wel een gezellig avondje!

Zaterdag werd weer een drukke dag voor mij. Geen steden, geen parkeergarages, maar samen met Moeder, Zusjes en Vriendin een jurk uitzoeken voor de bruiloft *smiley die zit te juichen in z’n tuigje* de droom van elke vrouw! Net zoiets als voor het eerst ongesteld worden: iedereen heeft het erover, je wilt het zelf ook graag, maar als het zover is, wil je eigenlijk gewoon naar huis en wegkruipen onder de dekens. ‘Keuzestress’ is nog een understatement. Gelukkig waren er genoeg vrouwen mee die op subtiele wijze wisten te zeggen dat het ‘wel een mooie jurk is, en met de Kerst kan je ‘em weer aan!’ *smiley die voor de spiegel staat te draaien* jurken verdwenen terug in het rek, anderen gingen van de ja- naar de misschienstapel, dat ene model nog eens proberen dan… En een jurk die meer zo loopt? Ja nee, deze is wel weer erg poef, heb je nog een modelletje zonder sleep? Of toch met sleep? Dat staat wel mooi met die afwerking in die 5 lagen tule… Ja natuurlijk kan ik niet vertellen wat het is geworden. Foto’s mogen al helemaal niet gemaakt worden. Maar ik ben zo blij dat die piekspanning voorbij is, dat ik zo graag wil vertellen! Nou ok, een tipje van de sluier *smiley die lacht om z’n eigen woordgrap* roze, glitters en een enorm wow-effect. Het enige wat Wingman nog kan doen om niet weg te vallen op de bruidsfoto’s, is een knalroze kilt dragen *smiley die z’n handen voor z’n mond slaat* ow nee dat moet ik niet zeggen, want dan doet ie het ook nog, en dan hebben we straks een fotoboek vol met plaatjes van My Big Fat Gypsy Gayland Games Wedding! Nouja, kunnen we altijd nog zeggen dat we een origineel thema hadden voor het feest.

Veel tijd om van de jurk te dromen, had ik trouwens niet. Na het kijken van Dakar op tv was de zondag net begonnen, en na een paar uurtjes ging de telefoon alweer. Rondje strooien, en we moesten nog voorzichtig zijn ook snoes, want het wegdek glinsterde ons tegemoet. Het eerste stukje maakte we nog een paar voorzichtige glijertjes, maar we konden het steunpunt ongeschonden bereiken. Daar was het al lekker druk, want allebei de strooiploegen waren tegelijkerijd gebeld. Evengoed waren we binnen een halfuur van het terrein af, rondje strooien zonder gekkigheid, wachten voor het leegdraaien, wachten voor het schoonmaken, nog even een collega helpen en toen weer naar huis. Onderweg op de A7 was het weer raak, vanaf Hoorn richting Avenhorn stonden 3 auto’s met blauwe lampen, met daartussen een paar auto’s op de vluchtstrook *smiley die in z’n ogen wrijft* en een koplamp die op de grond lag te schijnen? Ownee, daar lag nog een auto op *smiley die met z’n ogen rolt* opgeschoten jongeren lopen wel altijd mans te praten dat die kutwouten een tijdje boeven moeten gaan vangen, maar als die opgeschoten jongeren nu eens niet uit de kroeg vandaan nog een potje gaan racen over de snelweg, dan hebben de mannen en vrouwen in het blauw ook wat meer tijd om boeven te vangen, in plaats van schadeformulieren in te vullen en blaastesten af te nemen op een vluchtstrook naast een afgeschreven auto die als een doje vis op z’n rug probeert te zwemmen.

Na zoveel drukte zocht ik snel de rust weer op, bij Wingman onder de warme dekens. Samen nog wat uitslapen, verderop in het dorp ontbeten met snitzel- en visplate, en nu nog even ontspannen voordat de of de telefoon of de wekker weer rinkelt *smiley die gaapt* wat kan je toch druk zijn in 2 dagen tijd.

Reageer

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *