Geachte Shirley week 47 2017

MAN TGS 2nd genGeachte Shirley, na dat korte weekendje mochten we maandag weer naar Harlingen toe. Eerst even wachten omdat de brug aan de Noordhollandse kant van de Afsluitdijk open moest, en daarna konden we in Harlingen aansluiten in de file. Er waren wat hekken op het oude Spaansenterrein omver gereden, en aangezien daar tegenwoordig een doorgaande weg overheen loopt, moest dat wel opgeruimd worden. Terwijl de kiepauto’s netjes in de rij stonden te wachten tot de verkeersregelaars aan de kant gingen, kwamen er her en der al wat busjes en auto’s tussendoor die meer haast hadden. Amsterdamse praktijken in Friesland, het blijft vreemd. Vervolgens liep de boel weer vast omdat vrachtwagens en bussen niet tegelijk door de toegangspoort, die er nog steeds staat, passen. Maar uiteindelijk vond iedereen, ook de nieuwe chauffeurs, de juiste kraan. Wij mochten ons melden bij de kraan langs de Almenumerweg, ook al zei de bon dat ie aan de Grensweg stond. Misschien dat de uitvoerder zijn stratenboek niet omhoog gedateerd heeft, want na de eerste schaft kregen we te horen dat als we bij de Oostpoort vandaan via de oude N31 weer terug kwamen, we niet via de Kanaalweg mochten rijden. Dus bij de afrit linksaf de Grensweg op, rotonde rechtsaf de nieuwe Oude Trekweg op en via de ovale rotonde naar de kraan toe. We reden rustig onze rondjes toen er plotseling iets vreemd opdook in de tunnelbak van de nieuwe N31: verkeerslichten *smiley met opengesperde ogen* de asfaltploeg moest niet alleen de andere kant van de weg asfalteren, maar ook het stukje onder de vangrail dichtsmeren. En als er zo dicht langs de weg gewerkt word, dan word er uit veiligheid een rijbaan afgesloten. Met verkeerslichten erbij om te zorgen dat tegenliggers elkaar op een veilige manier kunnen passeren. Helaas had dit tot gevolg dat er op de radio melding werd gemaakt van een file voor Harlingen, zoveel auto’s stonden er te wachten aan de Zurichse kant van de tunnel. Terwijl er vanaf Leeuwarden slechts 5 auto’s voor het verkeerslicht stonden. Even bellen met een uitvoerder dan maar, want dit betekende dat ook al het werkverkeer in de file stond, en dat is zonde van de tijd. Toen bleek ook dat er een kleine communicatiestoring was geweest, want we moesten juist wel via de Kanaalweg terugrijden naar de kraan, omdat we juist niet over de Grensweg mochten rijden *smiley die achter z’n oor krabt* ja duidelijk. Zo konden we nog even een paar rondjes kijken naar het kamelengezin dat tegenover de ingang van het oude Spaansenterrein huist, voordat we naar het nieuwe Spaansenterrein konden rijden om een retourvracht te laden. In het weekend was het viaduct over het spoor en de Oosterparkweg naar beneden gehaald, en dat wilde ik nog wel even bekijken *smiley die ‘nee’ schud* en zo reed ik in mijn eigen waarschuwing: de route via de Kimswerderweg was afgesloten en we moesten langs de Poiesz en door een ander woonwijkje heen om weer bij de doorgaande weg te komen. Volgende keer gewoon weer door het oude gedeelte van Harlingen, ik hou het wel bij foto’s kijken op veesboek.

Dinsdag konden we het opnieuw proberen, want weer mochten we ons in Harns melden. Dit keer hadden we geen brug tegen en stonden we als eerste onder de kraan. De dag verliep vlotjes, zo vlotjes dat er op de Oostpoort een extra kraan bijgehaald moest worden, want ze konden daar de grote hoeveelheid kleigrond niet aan, die we kwamen brengen. ’s Middags verschenen er nog een paar verkeerslichten in de tunnelbak, maar gelukkig was dat van korte duur en konden we bijna ongestoord doorrijden. Na 17 vrachten klei mocht ik jouw rugzakje schoonspitten, want de planner had nog een vrachtje bollenzand voor ons geregeld, om mee te nemen richting huis. En zo was de dag plotseling alweer om.

Woensdag jawel, weer terug naar Harlingen. Geen klei dit keer maar freesasfalt. Eerst het stukje van de oude N31 wanneer je net de brug over bent, het stuk achter de barrier waar de auto’s langsrijden wanneer ze de afrit naar de Grensweg op worden gedwongen. De uitvoerder zei dat we het eerste rondje even om moesten rijden, omdat we niet tegelijk met de frees achteruit tegen het verkeer in naar boven konden rijden. De verkeersregelaars snapten niet helemaal dat wij vervolgens gewoon achteruit tegen het verkeer in zouden gaan rijden *smiley die aan het stuur knaagt* vorige keer met het afgraven van het zand deden we dat toch ook? De tijd van nutteloos rondjes rijden hebben we inmiddels wel gehad. De uitvoerder fietste druk heen en weer tussen het verkeer op de afrit, om te kijken hoe het werk verliep, en om ons te vertellen dat we daarna aan de andere kant van de brug verder zouden gaan. We mochten het oude asfalt tussen de oude N31, de nieuwe N31 en het doorsteekje bij Midlum gaan opruimen. Ondertussen waren strepentrekkers druk bezig op het nieuwe asfalt. Daarvoor moesten we dus in de file staan voor dat verkeerslicht: er is een nieuwe oprit gemaakt naar de nieuwe N31. Straks zou het verkeer niet meer via het doorsteekje bij Midlum en de bebouwde kom van Harns hoeven te zoeken, maar kan iedereen weer gewoon vanaf de rotonde meteen de doorgaande weg op en de nieuwe tunnel in *smiley die in z’n handen wrijft* wat zal het rustig worden op de werkroutes, zonder al dat verdwaalde verkeer.

Helaas konden we daar donderdag weinig van zien, de planner stuurde ons naar Westfriesland in plaats van Friesland. Gisteren maakte ik over het bakkie nog grapjes dat Westfriesland een stukje afgestoken Friesland is, de achtste provincie waar ze niets mee te maken willen hebben en waarvoor dus ook geen symbolisch pômpeblèdje op de vlag is gezet. Westfriesland, het enige gebied in Nederland waar ze nog vreemder praten dan in Friesland *smiley die grijnst* je moet soms even een beginnetje maken, maar daarna komen de grappen vanzelf via de 27MC. En nu reed ik dus voor straf in dat stukje afgestoken land met z’n rare taaltje. Net als in Friesland komt het werkvolk hier ook van heinde en verre naartoe gereden om er wat van te maken. Maar gelukkig hoefden we pas om 7:00 te beginnen. Op die manier hoefden we niet lang in het donker te zoeken naar het paadje met de minste kuilen. Na het grond laden op de grens van werkvak 21 en 22, net voor de tunnelbak onder Hoogkarspel door, reden we via het wasbord naar de verkeerslichten bij de kruising met de Markerwaardweg, om linksaf te slaan richting Hoorn. De rotonde bij Westwoud rechtdoor en bij het nieuwe viaduct bij De Strip eraf, beneden links en weer de oprit op. Via de invoegstrook konden we dan uitvoegen het werkvak in en over het nieuwe asfalt naar de kraan rijden, om daarna met een lege rugzak weer in te voegen net voor de rotonde van Westwoud, waarna we net voor de Scaniadealer via de stelconplaten konden uitvoegen om via het wasbord weer naar de kraan te rijden. Al snel werd besloten om net na de rotonde uit te voegen en via het nieuwe asfalt te rijden, wat een aardig stuk hobbelen scheelde. De enige irritatie-factor die we niet konden veranderen, waren de betonmixers. Op het grote depot in werkvak 21 is een betoncentrale uit de grond gestampt, maar die chauffeurs voelen zich blijkbaar boven de regels van dit werk verheven. Waar wij absoluut linksaf moeten slaan bij het verkeerslicht, zelfs al is dat omrijden, daar slaan hunnie rustig rechtsaf. En terug rijden ze niet via de rotonde van Westwoud om daar het werkvak weer in te rijden, maar draaien ze op de rotonde op de Markerwaardweg om vervolgens rechtdoor en tegen het verkeer in het werkvak in te rijden. Het meest irritante is dan nog dat wanneer ze weg willen rijden, ze zo lang moeten wachten tot het tegenliggende verkeer klaar is met linksaf slaan, dat de kiepauto die achter ze staat te wachten om de Westfrisiaweg op te rijden door oranjerood gaat *smiley die z’n nagels in het dashboard zet* en als je ze er dan op aanspreekt zeggen ze dat het onzin is, omdat ze daar rechtsaf moeten. Nou en?! Weet je hoeveel kilometers wij hebben omgereden?

Vrijdag mochten we in de herhaling tussen werkvak 21/22 en 20. Gelukkig zonder de muitende betonmixers tussendoor. Maar nu hadden we weer een andere uitdaging. Na een paar rondjes grond rijden was het klaar, en iedereen wist wat we daarna moesten doen, behalve de chauffeurs en machinisten. De uitvoerder zuchtte toen ik hem klem reed, want hij had al aan de transportplanningcoördinator doorgegeven dat we zand zouden gaan rijden van werkvak 23 naar het depot op 21. Dat betekende voor ons dat we langs Enkhuizen naar Bovenkarspel konden rijden, om daar via het rotondetje het werkvak in te rijden, vervolgens 15 minuten over wasbord te rijden, zand laden, 15 minuten terug te hobbelen, een half uur lang stoplichtsprintjes doen langs Enkhuizen tot aan de rotonde bij Westwoud, daar omkeren en helaas helaas weer bij de Scania uitvoegen, want het nieuwe asfalt was gebarricadeerd met bouwhekken. Lange ritten en dus tijd om even wat radio te luisteren *smiley die z’n oren spitst* en dat ging voornamelijk over Black Friday. Elke winkel gaf korting vanwege Black Friday, bij sommige duurt de vrijdag zelfs het hele weekend, in de filemeldingen werd Black Friday genoemd als oorzaak van de drukte richting grote outlet-winkels, en daar tussendoor werd er ook nog eens over gepraat. Black Friday, hoe vaker ik het typ, hoe viezer het klinkt. Alles wat met zwart word genoemd heeft tegenwoordig een negatieve bijsmaak, want het is fout, slecht, racistisch, discriminerend. In mijn hoofd duiken beelden op van zwarte mensen die te lui te zijn om te werken (of alleen slechtbetaalde baantjes krijgen) en op Black Friday de winkels moeten plunderen omdat ze de rest van het jaar niets kunnen kopen. Black Friday, terwijl er juist deze dagen een verdrag is getekend waarin staat dat we met de Zwarte Pietendiscussie stoppen tot de Goedheiligman het land weer uit is, met de Trappadoelies in zijn kielzog. Black Friday, in mijn hoofd krijgt het zelfs een agressieve intonatie. Alsof witten, gelen, rossigen, de enkele roden, de bruin-maar-niet-donker-genoeg vandaag de straat niet op moeten gaan, omdat de zwarten bezig zijn met aanbiedingen inslaan. Inslaan, nog zo’n woord dat heel anders kan klinken wanneer je de context veranderd. Ik hoop dat deze traditie snel de kop in word gedrukt, want het geeft mij geen fijn gevoel.

Zaterdag mochten we weer op pad. En ik was precies op tijd om jou op te halen, want je stond al in de wasstraat. Voorbewerkt en wel, klaar voor de grote borstelsessie. Maar in plaats daarvan zou ik je meenemen naar Hoogkarspel. Onderweg naar het station luisterden we naar iets wat we misschien ooit zouden kunnen kopen, als er genoeg overuren zijn gespaard: de Lamborghini Huracan Performante. Terwijl de radioreporter enthousiast vertelde over deze waanzinnige sportwagen, kraakten jouw speakers bij het horen van de volgas optrekkende 5,2 liter metende V10 *smiley die zit te rillen in z’n tuigje* wat een heerlijkheid! En wat stonden we weer snel met alle beentjes en bandjes op aarde, toen we op het werk aankwamen. Het verkeer liep vast, grote vrachtwagens met daartussen de moeders die hun kinderen naar een sport moesten brengen. Verkeersregelaars die wel hun best deden, maar niet helemaal wisten wat ze met die wachtende vrachtwagens en doorrijdende bussen aan moesten. Nadat we, een klein uurtje na onze aankomst, dan eindelijk richting de kraan reden, bleek er niemand in de keet te zitten, zodat we niet aangemeld konden worden *smiley die op z’n nagels bijt* ik hoop maar dat het werk veilig verloopt, ondanks dat niemand mijn QR-code heeft gescand. Het uitdelen van het begeleidingsformulier ging weer anders dan vorige week, en toen bleek ook al snel dat we niet naar het depotje bij Westwoud reden, maar direct naar de loswal verderop bij HN80. Een wat langer ritje, en daarmee kwam er ook wat meer rust in het werk. Alles leek vele malen beter te gaan. Er werden broodjes uitgedeeld, volgens een collega was dat al de tweede keer die dag, ook al waren de dixies in nogal een uithoek geplaatst, er was wel een gelegenheid om even de handen te wassen, en toen de rijplaten waren gelegd over het spoor, konden we mooi een rondje rijden en hoefden we niet meer in de weg te staan tijdens het wachten. Het ging zelfs zo vlot, dat de machinist op het stort het niet bij kon houden. Gelukkig, hadden we toch nog even wat leestijd. Tijdens het rijden kwam er een kort nieuwsberichtje voorbij dat mijn aandacht trok: de asiels kunnen de vraag naar bastaardhonden niet aan. Afgelopen jaar zijn er al zo’n 12.000 honden uit het buitenland gehaald om hier in Nederland via de asiels te verkopen *smiley die rood aanloopt* wat de vuk?! Dus al die reclames over de dierenambulance en dierenasiels en hoe vol ze zitten en hoe zielig die beesten zijn en dat we allemaal geld moeten storten, dat is dus allemaal gelogen?! Terwijl wij hier met natte oogjes kijken naar mishandelde dieren die aan bomen zijn vastgebonden, worden in voornamelijk Zuideuropese landen honden opgehaald om hier de asiels mee vol te zetten. Goed dat ik het weet, dan hoef ik daar ook geen geld meer aan te doneren. Een paar nieuwsbulletins verder werd er verteld dat er in Zeeland een stuk of 15 zwaar verwaarloosde honden waren aangetroffen, waarvan 3 meteen naar de dierenarts moesten. Er was daar al vaker melding gedaan van verwaarlozing, maar nu werden de dieren dan toch maar weggehaald. Waarom zouden in Godesnaam honden uit het buitenland moeten halen, als we ze hier al geeneens goed kunnen verzorgen?

Om me een beetje af te leiden van al dat dierenleed, kwam de uitvoerder nog even klagen dat een chauffeur van ons wat spoorballast was verloren *smiley die achter z’n oor krabt* volgens de collega’s erg knap, want van alle tractor-met-kieper-combinaties en vrachtwagens die er reden, waren wij de enigen die netjes de kleppen dicht hadden. Gelukkig werd het al snel donker, en zagen we niet meer zoveel van het gemorste grind in de bochten liggen. Het was nog een beetje onduidelijk hoe laat het zou worden, en ik had Wingman al een berichtje gestuurd dat hij maar alvast moest gaan eten, want dit keer kon het nog wel eens 20:00 worden. De collega’s die vroeg waren begonnen, mochten al afzwaaien, en met een afgeslankte groep zouden we het werk afmaken. ‘Nog een vracht of 25’ zei de ene, ‘nog een vracht of 10’ zei de machinist op het stort, ‘je mag naar huis’ zei de uitvoerder toen we ons weer meldden op de parkeerplaats achter het koffiehuisje. En zo zat ik dan even na 19:00 samen met Wingman voor de tv te eten *smiley die zich uitrekt* wat een heerlijk weekendgevoel.

De zondag begon met uitslapen, wassie draaien en daarna optutten. Via Amsterdam, om een jasje van Wingman op te halen (maak even een complimentje als je hem ziet lopen), reden we naar Vader en Moeder. Bij een bordje soep werd er even bijgepraat met Zusjes en Zwagers, en toen vertrok het eerste stel alweer. Met het andere stel werd er nog een potje getafelvoetbald en daarna stuurde Moeder de mannen op pad om Chinees te gaan halen *smiley die over z’n buik wrijft* nog een bakkie ijs toe, en toen was het alweer tijd om richting huis te gaan. Eigenlijk zouden we nog de herhaling van de Formule 1 race in Abu Dhabi kijken, maar na zo’n dag zijn we te loof om nog een uur of 2 wakker te blijven voor de tv. Slaap lekker allemaal *smiley die een kushandje doet* en tot het volgende feestje.

Reageer

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *