Op het moment van schrijven, 19 oktober 2013, is er een grote brand in het centrum van Leeuwarden, daarbij wordt ook de crashtender van de vliegbasis ingezet. Voor zover ik weet is het de tweede keer dat hij civiel in wordt gezet, de vorige keer was bij de brand van winkelcentrum Bilgaard, een ander exemplaar is ingezet bij de grote brand in Moerdijk. Voordat de crashtender het centrum in kon moesten er eerst een aantal auto’s aan de kant geduwd worden, het voertuig is ontworpen voor lege vlakte’s, niet voor stadscentra en is dus een stuk breder dan een normale brandweerauto. Van de 25 exemplaren in Nederland zijn er drie op vliegbasis Leeuwarden gestationeerd.
De merknaam die er opstaat is Emergency One, een groot Amerikaans bedrijf op het gebied van hulpverleningsvoertuigen, dit heeft ook voor het ontwerp getekend, maar hij is in Europa gebouwd. Het chassis is vanhet type Titan, dat heeft verder niet zo veel te maken met Titan uit Sulzbach, in Duitsland, die ook crashtenderchassis bouwt. De opbouw is een samenwerking tussen Kenbri (de E One importeur) en Plastisol. De motor is een 1007pk sterke V12 Detroit diesel.
De E-One’s worden regelmatig ingezet bij branden in NL. De luchtmacht is er heel scherp op om ingezet te worden en ze nemen vaak zelf al contact op met de gemeenschappelijke meldkamer om hun hulp aan te bieden. Ze zijn specifiek geschikt voor vloeistofbranden (schuim), branden waar een hoog indringend vermogen noodzakelijk is (volgepakte gebouwen met bulk als papier) en voor branden met grote hitte intensiteit vanwege de grote worplengte.
Om een E-one te voeden met water zijn 4 tankautospuiten nodig of 2 dompelpompsets. Oftewel inzetbaarheid vergt serieuze planning.
Ik heb zelf een drietal inzetten meegemaakt met crashtenders en het is altijd een spektakel.