In 2011 heb ik tijdens mijn bezoek aan Budapest een ritje in de ‘Funicular’ gemaakt, de kabelspoorbaan aan de oever van de Donau. Niet zo zeer omdat het een toeristische attractie is, maar vooral omdat het wel erg zwaar zou zijn hetzelfde traject per trap af te leggen. Een kaartje kostte omgerekend zo’n 25 cent, dus daar hoefde ik het niet om te laten. De belevenis zelf was onbetaalbaar!
Eigenaar van de Funicular is BKV, het openbaar vervoer bedrijf van Budapest. Het traject is slechts 95 meter lang, maar overbrugt in die afstand een hoogteverschil van 51 meter, wat neerkomt op een stijging van 48% oftewel 31,75°. Het is geopend op 2 maart 1870. In de Tweede Wereldoorlog werd het verwoest, maar in 1986 werd het weer opgebouwd. Een jaar later kwam het op de Unesco werelderfgoedlijst te staan.
Zoiets dergelijks iser in Praag ook, toch?