In Memoriam: Bruno Sacco
Vandaag hebben de nabestaanden van Bruno Sacco bekend gemaakt dat de Duits-Italiaanse ontwerper op 19 september 2024 op 90-jarige leeftijd in Sindelfingen is overleden.
Sacco werd geboren in de Italiaanse stad Udine, gesitueerd tussen Venetië en het drielandenpunt van Italië, Slovenië en Oostenrijk. Hij volgde een opleiding bij Politecnico di Torino, waarbij hij stage liep bij Ghia. Later deed hij voor zowel Ghia als Pininfarina enkele kleinere opdrachten. In 1958 kwam hij in dienst bij Daimler-Benz, waar al snel promotie op promotie volgde. In 1970 nam hij de leiding over de afdeling carrosserieontwerp en maatconcepten over. Met zijn betrokkenheid ontstonden de ESF-prototypes (experimenteel veiligheidsvoertuig) en de W 123-serie. Vanaf 1975 leidde Sacco als opvolger van Friedrich Geiger de belangrijkste stilistische afdeling. Sindsdien heeft hij het uiterlijk van Mercedes-Benz-auto’s bepaald. Dit resulteerde in de dieselrecordauto C 111-III (1978) en de S-Klasse van de W 126-serie (1979) met de naar hem genoemde Sacco-borden. In 1978 nam hij de leiding van de afdeling stilistiek over en in 1987 benoemde het bestuur hem tot directeur van de ontwerpafdeling. In 1993 werd Sacco hoofd ontwerp en lid van de raad van bestuur. In deze hoedanigheid nam hij ook een mandaat op zich voor het ontwerp van de producten op het gebied van bedrijfsvoertuigen. In 1999, na 41 jaar bij Mercedes-Benz Design, droeg hij de leiding van de divisie over aan Peter Pfeiffer.
Sacco ging uit van een ontwikkelingsperiode van drie tot vijf jaar, een gemiddelde productieperiode van acht jaar en een levensduur van zo’n twintig jaar. Hierdoor moet het design van een Mercedes-Benz bijna 30 jaar actueel blijven, maar tegelijkertijd tijdloos zijn. Om succes op de lange termijn te garanderen, ontwikkelde Sacco in de jaren zeventig een Mercedes-Benz-designfilosofie. Er moet een designfamilie ontstaan waartoe iedere personenauto met de ster behoort. De hoogste prioriteit was: een Mercedes-Benz moet door het publiek in alle culturen over de hele wereld intuïtief als familielid worden herkend. En als een Mercedes-Benz in de volgende modelgeneratie verder wordt ontwikkeld, moet de identiteit van de modelserie behouden blijven. Sacco sprak van een “verticale affiniteit”. Het werd beschouwd als een centraal thema van de Mercedes-Benz designfilosofie en was bedoeld om te garanderen dat de voorganger na de presentatie van de nieuwe modelgeneratie niet verouderd zou overkomen.
De merkidentiteit was de tweede hoofdpijler van de Mercedes-Benz designfilosofie. Het vereiste dat traditionele ontwerpkenmerken behouden moesten blijven, verder ontwikkeld en in alle series naast elkaar gepresenteerd moesten worden. In deze context werd gesproken van ‘horizontale homogeniteit’. Het kwam bijvoorbeeld tot uiting in het ontwerp van de radiatorroosters, koplampen en achterlichten. Hoewel er formeel onderscheid werd gemaakt tussen limousines, coupés en roadsters, zou de kijker hun familieband meteen moeten herkennen.
Sacco leverde belangrijke bijdragen aan het ontwerp van de Mercedes W123, de bestverkochte Mercedes-Benz ooit, en ook aan zijn allerlaatste ontwerp, de R230 SL cabriolet (in 1997). Sacco’s favoriete ontwerp, vanwege de betekenis ervan voor de geschiedenis van het bedrijf, is de Mercedes-Benz 190 die in 1982 werd geïntroduceerd, terwijl hij bekent ontevreden te zijn over de W140 S-Klasse uit 1991, waarvan hij de ‘kas’ (bovenkant van de carrosserie) “10 centimer te hoog” vindt. Bij zijn pensionering heeft hij zijn oude rode SLK cabriolet ingeruild voor een donkerblauwe Mercedes-Benz 560SEC (C126).
Enkele van de belangrijkste ontwerpen waar Sacco verantwoordelijk voor was:
Mercedes-Benz W201
Mercedes-Benz W126
Mercedes-Benz SEC
Mercedes-Benz W124
Mercedes-Benz W210
Mercedes-Benz W140
Mercedes-Benz C111
Mercedes-Benz C208
Mercedes-Benz W123
Mercedes-Benz SL-klasse (R129)
Mercedes-Benz S-klasse (W220)
Mercedes-Benz SL-klasse (R230)