Binnengekomen berichten mei 2025

De zes Volvo FH Aero 460 4×2 X-Low-trekkers, twee Volvo FH Aero 460 4×2-trekkers en twee Volvo FH Aero 460 6×2-combi’s worden dit jaar stapsgewijs geleverd. Alle trucks zijn voorzien van de zuinige Turbo Compound-motor. De aanschaf van deze trucks past in de visie van Kennis Transport & Logistics om te investeren in een duurzaam wagenpark met een zo’n gunstig mogelijk Total Cost of Ownership. “De Volvo FH Aero is in mijn optiek op dit moment de beste auto in de markt”, zegt directeur-eigenaar Tobias Kennis. “Qua TCO verwacht ik dat deze trucks heel goed gaan scoren. We hebben een aantal weken met een demotruck gereden en die presteerde heel goed. Het verbruik lag ruim boven de 1 op 4 en dat is in ons werk echt heel goed. De eerste Volvo FH Aero’s rijden nu een paar weken en het zijn op dit moment onze zuinigste trucks in de vloot, al kun je pas over een langere periode echt conclusies trekken.”

Aerodynamisch design

De Volvo FH Aero is de zuinigste truck van Volvo Trucks voor langeafstandstransport. De truck onderscheidt zich met een aerodynamisch design. Zo is de cabine van de Volvo FH Aero 24 centimeter langer dan die van een standaard Volvo FH. Dat zorgt voor een sterk verbeterde aerodynamica en dus een lager brandstofverbruik. Rijden met een zuinige truck heeft meer voordelen, zoals een gunstige VECTO-score. Kennis: “De VECTO-score wordt in het buitenland onder meer gebruikt om de tol te bepalen. Hoe gunstiger de VECTO-score, hoe lager de tol. Met een zuinige truck met een goede VECTO-score betaal je straks ook in Nederland minder vrachtwagenheffing, dus ook op dat vlak loont het om te investeren in duurzaam transportmaterieel.”

Goed zicht met het Camera Monitor System

Het zijn voor Kennis Transport & Logistics de eerste trucks met het Camera Monitor System in plaats van traditionele zijspiegels. “Onze chauffeurs zijn erg enthousiast”, zegt Kennis. “Ze zijn verrast door het goede zicht, vooral in het donker. Het Camera Monitor System draagt ook bij aan de aerodynamica. Voor de best mogelijke aerodynamica hebben we gekozen voor een dodehoekcamera in plaats van een -spiegel.”

‘Bluekens ondersteunt onze first class-dienstverlening’

Kennis Transport & Logistics heeft ruim zeventig trucks in de vloot, waarvan ongeveer de helft Volvo-trucks. “De relatie met Bluekens Truck en Bus weegt ook zwaar mee in de keuze voor Volvo Trucks”, zegt Kennis. “Wij bieden onze opdrachtgevers first class-dienstverlening en dat verwachten wij ook van onze leveranciers. Bluekens is voor ons een betrouwbare partij die altijd voor ons klaarstaat en ons goed advies geeft bij de aankoop van nieuwe voertuigen en het onderhoud. Een groot deel doen we zelf en Bluekens geeft ons advies hoe we met preventief onderhoud zo’n hoog mogelijke uptime halen. Overigens hebben we nu voor een aantal nieuwe trucks voor het eerst Volvo Blue-onderhoudscontracten afgesloten om onze eigen werkplaats te ontlasten.”

Op weg naar jubileum

Kennis Transport & Logistics viert in 2026 het honderdjarig bestaan. Op 16 april 1926 werd Kennis Transport opgericht door Jan Kennis senior, de overgrootvader van de huidige directeur Tobias Kennis. Het bedrijf begon als een aardappelhandel met twee vrachtwagens. In 1990 verhuisde het bedrijf naar Hazeldonk, waar het nu nog steeds is gevestigd.

Sinds 2019 is Tobias Kennis de directeur. Hij is de vierde generatie die het familiebedrijf leidt. Kennis Transport & Logistics is uitgegroeid tot een internationaal logistiek bedrijf met meer dan 150 medewerkers. Het bedrijf verzorgt transport- en expeditiediensten door heel Europa, met een specialisatie in transport voor de Benelux en Frankrijk. Daarnaast biedt het diverse diensten aan zoals value-added logistics, douaneafwikkeling, opslag en bewerking van goederen.

“Onze chauffeurs zijn enthousiast over de nieuwe voertuigen. De overstap naar Scania voelt vertrouwd en dankzij de recente chauffeursinstructie zijn zij helemaal op de hoogte van alle nieuwe functies,” aldus Marcel Leliveld, directeur van Bemmel Container Service.

Gespecialiseerd in bouwafval en recycling

Bemmel Container Service is een regionaal opererende dienstverlener met bijna vijftig jaar ervaring in de inzameling van bedrijfsafval. Vanuit twee vestigingen – het hoofdkantoor in Harmelen en de locatie in Montfoort – bedient het familiebedrijf zakelijke klanten uit onder andere de bouw, sloop, groenvoorziening en infrastructuur.

In Harmelen vindt de inzameling en sortering van bouw- en bedrijfsafval plaats. Hier worden monostromen gescheiden en afgezet richting gespecialiseerde eindverwerkers. In Montfoort is de puinrecycling gevestigd, evenals een zand, grind en grondhandel en een innamelocatie voor groenafval.

Divers en doordacht wagenpark

De uitbreiding met drie nieuwe Scania’s sluit aan op de behoefte aan veelzijdige voertuigen die in verschillende situaties inzetbaar zijn. De P420 XT met portaalopbouw van Hyva is geschikt voor het snel wisselen van containers in krappe stedelijke omgevingen. De R530 XT vierasser is voorzien van een robuuste VDL-haakarm, geleverd door VSU, en is ontworpen voor het zware werk. De R500 XT vierasser is uitgerust met een Epsilon laadkraan en eveneens gecombineerd met een VDL-haakarm. De naloopasser is dankzij drie gestuurde assen bijzonder wendbaar – een belangrijk voordeel op locaties met beperkte manoeuvreerruimte.

De voertuigen zijn afgeleverd door Scania Utrecht.

Chauffeursinstructie en positieve eerste indruk

Alle betrokken chauffeurs hebben inmiddels een officiële Scania Driver Training gevolgd. Tijdens deze instructie werd uitgebreid ingegaan op de nieuwste functies en technologieën, met veel aandacht voor rijstijl, veiligheid en efficiëntie. De feedback vanuit de chauffeurs is unaniem positief: het comfort, de prestaties en de overzichtelijke bediening maken de nieuwe trucks tot een fijne werkplek.

Op weg naar elektrificatie

Bemmel Container Service werkt met circa dertig medewerkers en kijkt vooruit naar een duurzame toekomst. Recent zijn batterijcontainers geplaatst op het terrein en de eerste volledig elektrische portaalwagen is in aantocht. Daarmee zet het bedrijf de eerste stappen richting elektrificatie van het wagenpark.

“We zijn ons bewust van onze rol in de keten en nemen onze verantwoordelijkheid uiterst serieus. Efficiënter rijden, de inzet van modern materieel en investeren in zero emissie transport zijn logische vervolgstappen,“ vult Marcel Leliveld aan.

Bij de aanschaf van een elektrische truck heeft De Graaf Afvalbeheer uit Purmerend verschillende merken en modellen met elkaar vergeleken. Uiteindelijk viel de keus op een Volvo FMX Electric met Hyva portaalarmsysteem. “Doorslaggevend in de keuze voor de Volvo FMX Electric was dat deze truck geschikt is voor een aanhanger en voldoende actieradius biedt”, zegt Rob de Graaf, operationeel directeur van De Graaf Groep. “Onze nieuwe elektrische truck kan in combinatie met een aanhanger vier containers tegelijk vervoeren. Dit is gelijk aan wat we met een dieseltruck kunnen meenemen. Hierdoor blijft onze inzet net zo efficiënt, terwijl we tegelijkertijd duurzamer inzamelen. De truck kan dagelijks tot 240 kilometer rijden zonder tussentijds te hoeven opladen en dat is in principe voor ons voldoende voor een volledige werkdag. Mocht bijladen toch nodig zijn, dan kan dat eenvoudig tijdens de pauzes van de chauffeur.”

Op weg naar een emissievrij wagenpark
De investering in de Volvo FMX Electric is onderdeel van een vijfjarenplan van De Graaf Groep om het wagenpark volledig emissievrij te maken. Momenteel beschikt het bedrijf over 42 trucks, waarvan dit de eerste elektrische is. Er zijn inmiddels nog twee extra elektrische trucks aangeschaft, en meer zullen volgen. Om de transitie naar elektrisch rijden mogelijk te maken, heeft De Graaf Afvalbeheer op het eigen terrein een laadfaciliteit laten installeren. Daarnaast heeft het bedrijf een contract afgesloten met zijn brandstofleverancier waarmee het tijdvensters kan reserveren om onderweg bij te laden.

Ontspannen rijden
Elektrische trucks bieden nog een belangrijk voordeel, vertelt De Graaf. “Ik heb in een demotruck kunnen rijden en een elektrische truck rijdt zo rustig en is zo stil. Dat is een groot pluspunt en echt een verbetering voor de chauffeur. Ik denk dat je als chauffeur ’s avonds meer ontspannen en relaxed thuiskomt.”

Gelijkwaardige kilometerkostprijs
Welke tips heeft De Graaf voor andere bedrijven die overwegen om met een elektrische truck te gaan rijden? “De overstap naar elektrisch rijden vraagt om een goede voorbereiding. Laat je voorlichten en kijk goed naar de kilometerkostprijs. Voor onze Volvo FMX Electric is de kostprijs per kilometer gelijkwaardig met die van een dieseltruck, mede omdat we AanZET-subsidie hebben gekregen.”

Samenwerking met LVS Trucks
Voor de aanschaf van de Volvo FMX Electric werkte De Graaf Afvalbeheer nauw samen met LVS Trucks. “We hebben al meerdere Volvo-trucks in onze vloot en kennen LVS Trucks als een dealer die met ons meedenkt en uitstekende service levert”, zegt De Graaf. “Ze hebben veel tijd en energie gestoken in het voorlichten over elektrisch rijden en de zaken die daarbij komen kijken.” Het Hyva portaalarmsysteem is opgebouwd door Vlarotech uit Zwaag.

Casper Braat (1991) verheft het alledaagse tot monumenten van consumentencultuur. In zijn Porsche 911 project ontleedt hij de iconische vormtaal van de auto tot sculpturale symbolen van status en verlangen. De Nederlandse kunstenaar staat bekend om de transformatie van alledaagse voorwerpen tot sculpturen die aanzetten tot nadenken.

Met een scherp oog voor vorm, detail en materiaal onderzoekt Braat de spanning tussen functionaliteit, esthetiek en luxe – thema’s die nauw aansluiten bij Porsche waarden zoals innovatie, tijdloos design en vakmanschap. De tentoonstelling is tot stand gekomen dankzij een samenwerking tussen Porsche Nederland, Casper Braat, TORCH Gallery en Rosewood Amsterdam.

Prikkelende tentoonstelling de gehele maand mei te zien
In The Gallery van het recent geopende Rosewood Amsterdam is een zorgvuldig samengestelde selectie van Braats werk te zien, die zijn vermogen om het gewone te vergroten tot het buitengewone aantoont. Met materialen als marmer, brons en staal nodigen zijn sculpturen de kijker uit om hun omgeving met verwondering en reflectie te heroverwegen.

Porsche Nederland en Casper Braat geven hiermee als eerste invulling aan The Gallery, een creatieve ruimte die Rosewood Amsterdam beschikbaar stelt aan ambitieuze makers, designers en kunstenaars. De tentoonstelling ademt de sfeer van een werkplaats, en verbeeldt de intense arbeid en het vakmanschap van het creatieproces. Daarmee vertoont het opvallend veel gelijkenissen met de geboorte van Porsche zelf: ​​ontstaan vanuit de vastberaden zoektocht naar de ultieme sportwagen veranderde een ruwe schets in een iconisch sportwagenmerk.

Embedded in the traditional city festival, the Schlossplatz in Karlsruhe will once again be transformed into a museum on wheels on Sunday. Between 10 a.m. and 4 p.m., the vehicles will be parked in the so-called Ehrenhof directly in front of the palace, where visitors will be welcomed with in-depth specialist knowledge, exciting stories and technical expertise. Employees from Mercedes-Benz Trucks Classic will be on hand to assist guests directly at the vehicles on display.

Ten classics with history – from a Nigeria truck to a unique fire engine

This year, Mercedes-Benz Trucks Classic is presenting ten special exhibits – from everyday workers and international ambassadors to special vehicles for fire departments and long-distance transport. These include the impressive L 4500, which was once used in Nigeria, and the LP 1519 with its characteristic cubic cab – a classic of the medium-duty truck class of the 1960s and 70s.

Fire department fans will get their money’s worth with the LAF 710 and the powerful L 6600, including the fire department superstructure.

The LAF 710 was used by the Robert Bosch plant fire department in Stuttgart until 2005 and is preserved in an unrestored but top original condition.

The LP 1620, the LP 323 and the light LP 608 demonstrate the breadth of the Mercedes-Benz portfolio from this period. The LP 1620 offered a completely new feeling of space with its cabin with a low engine tunnel and generous glazing all round. Numerous maintenance flaps made the permanently mounted cab special, which quickly earned it the nickname “Advent calendar”.

The LP 323 is also a representative of the early front-wheel-drive generation that Mercedes-Benz brought onto the market in the mid-1950s. The “P” in the type designation stood for “Pullmann” – in reference to luxurious railroad carriages, and referred to the comfortable cabin design.

The L 5000 brings the authentic charm of the 1950s back to the Schlossplatz. As a further development of the wartime L 4500, it was modernized both technically and visually: The output of the inline six-cylinder pre-chamber engine increased to 120 hp, while the body was adapted to contemporary design trends with rounder shapes on the radiator, bumper and side hood flaps. The L 5000 was manufactured at the Gaggenau plant, and the L 334 variant was later produced for export until 1963.

A look at the beginning and end of the journey through time

The oldest Mercedes-Benz Trucks Classic vehicle at this year’s “Tribute to Carl Benz” is the Benz 1 CN, an impressive exhibit from 1922, the early years of motorized goods transport. Equipped with a displacement of 4,710 cm³ and a four-cylinder S 100 petrol engine, it generates around 35 hp, enough to transport goods at moderate speed through town and country.

Jim Clark en Lotus schreven in 1965 autosportgeschiedenis. In dat jaar werd Clark met Team Lotus wereldkampioen in de Formule 1 én won hij de prestigieuze Indianapolis 500, een unieke prestatie die sindsdien niet is geëvenaard. Bovendien behaalde hij in datzelfde jaar overwinningen in de Formule 2, de Australische Tasman-kampioenschappen en verschillende touring car races met de Lotus Cortina. Dit ongeëvenaarde succes dient als inspiratie voor de Lotus Emira Clark Edition.

Exclusief design en interieur

De carrosserie van de exclusieve Emira is uitgevoerd in Clark Racing Green met een contrasterend zwart dak, zilveren spiegels en een iconische livery met gele striping die is geïnspireerd op Clark’s iconische Lotus Type 38 uit 1965. Een metalen tankdop, vervaardigd uit aluminium en voorzien van een blauw geanodiseerd midden, samen met gele uitlaatpijpen versterken de exclusieve uitstraling van de auto. Langs de zijkant loopt een met de hand aangebrachte gele pinstripe die het lijnenspel van de Emira accentueert. Op de portieren prijkt het Clark Edition-logo, geïnspireerd op het originele logo dat de vermaarde coureur op zijn raceauto’s gebruikte.

Het interieur ademt pure autosport en nostalgie. De sportstoelen zijn geïnspireerd op de met rood leer beklede stoelen uit de auto’s waarin Clark reed. Daarom zijn ze asymmetrisch uitgevoerd, waarbij de bestuurdersstoel is bekleed met rood leer en Alcantara®, terwijl de passagiersstoel van zwart leer en Alcantara® is voorzien – de focus ligt daarmee nadrukkelijk op de bestuurder. Verder beschikt de Emira Clark Edition over een houten pookknop in jaren ’60-stijl en speciale badging met Jim Clark’s persoonlijke tartan uit Lochcarron, Schotland; het geheel wordt becomplementeerd met de handtekening van Jim Clark die een prominente plek op het dashboard inneemt. Elke klant ontvangt tevens een handgemaakte Jim Clark leren weekendtas met unieke Clark Edition details.

Gebaseerd op de krachtige Lotus Emira V6

De Emira Clark Edition is gebaseerd op de Lotus Emira V6 en combineert de sportieve prestaties van het merk met een stijlvol eerbetoon aan de Schotse racelegende en zijn Lotus racewagens. De Lotus Emira V6 wordt aangedreven door een 400 pk sterke, supercharged 3,5-liter V6-motor met handgeschakelde zesversnellingsbak en sperdifferentieel. De Emira V6 biedt een pure rijervaring dankzij het ongefilterde hydraulische stuurgevoel en het Lotus Driver’s pack dat sportvering, Track Mode en een speciaal ontwikkeld uitlaatgeluid omvat.

Wereldwijd eerbetoon aan een racelegende

Full variety: over 20 Unimogs with attachments

Mercedes-Benz Special Trucks will be showcasing a wide range of vehicle solutions based on the Unimog at its trade fair appearance: the more than 20 highly specialized Unimog implement carriers will be on display, for example, with mowers, watering technology, chippers, gully cleaners, sweepers and comprehensive winter service equipment with snow ploughs, spreaders or snow blowers from various body manufacturers. A Unimog U 5023 with loading crane and self-recovery winch will be presented from the off-road series. Visitors can experience the vehicles, and their functions live during the presentation in the outdoor area.

“Low loader” – Unimog with reduced loading height

At Demopark, Mercedes-Benz Special Trucks is presenting a Unimog U 219 with a particularly low loading height of less than 1.2 meters. The loading height at the rear is therefore around 20 centimeters lower than the previous loading height of the standard Unimog. This is made possible by lowering the chassis at the factory in combination with the corresponding wheel/tyre combination. A smaller platform intermediate frame is also fitted. This concept makes loading and unloading easier and is particularly suitable for use in building yards and municipal services. The new Unimog U 219 with platform and intermediate platform frame from Eggers Fahrzeugbau GmbH can be seen at Demopark.

Uni-Touch and GSR – new technologies in use

The new Uni-Touch operating system enables more intuitive and convenient handling of attachments. The center console has been extensively redesigned, has a slimmer design and can be moved both lengthways and crossways. The number of controls has been reduced to save space thanks to the individual assignability of various functions and the ability to save recurring sequences. A touchscreen allows users to make the appropriate settings for the job at hand. The screen can be rotated and tilted.

The optional multifunction joystick also has freely assignable controls and can be plugged into either the preparation on the driver’s seat or the passenger seat. Thanks to the fixed connection to the suspension seat, the joystick moves automatically when the seat suspension moves up and down, allowing the driver to work ergonomically.

Other elements of the new operating system are the start/stop button, which replaces the classic ignition key of the implement carrier, and the new door control panels on the driver’s, passenger’s and optional mower door.

Mercedes-Benz Special Trucks is implementing the EU legislation on vehicle safety (EU Regulation 2019/2144 General Safety Regulation II, GSR for short) with new safety functions. As part of the new GSR, Sideguard Assist, Frontguard Assist, Traffic Sign Assist, a reversing camera and a tire pressure loss warning system are now fitted as standard. These vehicle functions support the driver both passively and actively, helping to reduce the number of fatalities and serious injuries on Europe’s roads to zero by 2050 as part of Vision Zero.

Winter service partners: Arocs and eActros

Mercedes-Benz Special Trucks now also has the eActros in its portfolio for winter service operations on the highway. The all-electric eActros 400 on display has already proven itself in winter service operations at Autobahn GmbH in Münchberg during a five-month trial run. During this period, the vehicle has covered over 8,000 kilometers in winter freeway maintenance service clearing and gritting. The eActros 400 is equipped with a 6 cubic meter spreader for salt and up to 2,640 liters of brine as well as a snow plough from Bucher Municipal, which, with a plough width of over 4.5 meters, is predestined for large-scale clearing on freeways.

For the summer service, the equipment variant as a roller, for example for skip containers, offers even more possible applications. For example, it is conceivable to use the electric truck to transport green cuttings, mulch or soil or to irrigate green areas.

A high-performance Arocs 2948 with winter maintenance equipment will also be coming to Demopark. The Arocs, which until now has mainly been used in the construction industry, will be presented at Demopark with the 6×4/4 wheel formula. The vehicle has permanent front-wheel drive and a steered trailing axle.

Full focus on the municipal segment

Nijhof-Wassink en Wemmers Tanktransport maken onderdeel uit van de Nijhof-Wassink Group en vormen samen de transporttak van dit internationaal opererend familiebedrijf. Als logistieke specialisten voor bulktransport en opslag voor de mengvoeder-, chemie- en foodindustrie, versterken de bedrijven hun inzet met de Volvo FH Aero-trekkers voor het efficiënter maken van hun operaties.

De order betreft een vervangingsinvestering voor de vloot die inmiddels uit zo’n 700 trekkende eenheden bestaat. “De producten van de Volvo Group behoren tot ons huismerk. We kiezen nu bewust voor de Volvo FH Aero, vooral vanwege het ontwerp dat zuiniger rijden bevordert en het stoere uiterlijk”, zegt Bertil Bouwhuis, managing director van Nijhof-Wassink en Wemmers.

De meest brandstofefficiënte langeafstandstruck

Onlangs is de Volvo FH Aero I-Save uitgeroepen tot de meest brandstofefficiënte langeafstandstruck van het moment en won het de Green Truck-award 2025. Volgens een onafhankelijke test biedt de Volvo FH Aero een combinatie van goede aerodynamica en een efficiënte aandrijflijn, wat resulteert in besparingen op brandstof en CO2-uitstoot. “Wij hebben hoge verwachtingen en monitoren het verbruik via ons datamanagementsysteem. De eerste ervaringen zijn in ieder geval positief!”, vertelt Bouwhuis enthousiast.

Internationale ADR en non-ADR inzetten

De nieuwe Volvo FH Aero-trekkers zullen internationaal worden ingezet voor een breed scala aan transportsoorten, waaronder bulkvervoer van vloeibare levensmiddelen, brandstoffen, vloeibare en droge chemische producten, transport aan de agrarische sector gerelateerde producten en diverse transporten bij dochterondernemingen van Nijhof-Wassink Group.

Bouwhuis licht toe: “Het grootste deel van de trucks zal gaan rijden in ons netwerk in Noordwest-Europa. Vrijwel alle mengvoedertrucks blijven binnen de landsgrenzen in België, Duitsland, Hongarije, Polen en uiteraard Nederland. De brandstoftrucks rijden enkel in Nederland voor de belevering van tankstations.”

Veiliger onderweg door meer zicht met cameraspiegels

“We kiezen altijd voor een maximaal veilige werkomgeving voor onze medewerkers. Daarom is ons wagenpark uitgerust met maximale veiligheidssystemen”, benadrukt Bouwhuis.

Een deel van de trucks wordt voorzien van Volvo’s geavanceerde Camera Monitoring System (CMS). Dit innovatieve systeem vervangt de traditionele zijspiegels door camera’s. Daardoor verbetert de aerodynamica en wordt het zicht van de chauffeur aanzienlijk vergroot.

“Wij rijden ook met ADR-klassen waarbij camera’s nog niet zijn toegestaan. Een aantal trekkers zal dus nog conventionele spiegels hebben”, legt Bouwhuis uit. “Onze voorkeur gaat echter wel uit het camerasysteem, vanwege de aerodynamica en het verbeterde zicht – met name in het donker en bij fel zonlicht. Het vergroot de veiligheid bij bijzondere omstandigheden waarbij het zicht minder is.”

Al meer dan 55 jaar een tevreden partner

The landmark vehicle for FedEx joins their growing global fleet of Mercedes-Benz vans, both conventionally and electric powered. This achievement emphasizes the Sprinter’s enduring popularity worldwide and reflects Mercedes-Benz Vans’ ongoing commitment to innovation, quality, and craftsmanship in the light commercial vehicle sector.

“The global production of five million Sprinter vans and the celebration of the model’s 30th anniversary is a testament to its enduring success. This milestone reflects the dedication of our teams, the trust of our customers, and the continuous evolution of a vehicle that has defined the large van segment for three decades. We are proud of this legacy and excited for the future as we continue to drive progress in the van industry.”

Thomas Klein, Head of Mercedes-Benz Vans

Global logistics provider FedEx takes delivery of five-millionth Sprinter
The five-millionth Sprinter joins the growing FedEx electric vehicle fleet in the U.S., where the company is starting to deploy the eSprinter in four states. FedEx is one of the largest global customers of Mercedes-Benz Vans and has deployed the Sprinter and eSprinter models for interurban and last-mile delivery services in markets across North America, Europe, Asia-Pacific and South America.

“As our network has evolved and grown over the years, vans from Mercedes-Benz – including the Sprinter and, now the eSprinter – have been there to meet our needs and help us deliver the reliable and superior service that our customers expect.”

Pat Donlon, Vice President, Global Vehicles, FedEx

FedEx was one of the first major Mercedes-Benz fleet customers in the U.S., contributing significantly to the Sprinter’s success in the North American market. Growing demand from fleet customers and a general overall rise in popularity of the Sprinter in the U.S. and Canada led to the expansion of the Charleston plant in 2018.

Expansion of Mercedes-Benz Vans’ Charleston facility
Established in 2006, Mercedes-Benz Vans, LLC (MBV Charleston) is the company’s only van plant in North America. In 2018, the facility underwent a profound expansion to accommodate the third generation of the Sprinter enabling the site to perform part-by-part assembly for the North American market. The upgrade included the addition of a new body shop, a paint shop, and an extension to the existing assembly area, allowing the plant to meet rising demand.

Today, MBV Charleston stands as a beacon of sustainability and modern assembly, featuring advanced systems such as driverless transport and digital training tools for its workforce of over 1,600 employees. Furthermore, a $50 million investment in 2024 supported the launch of the new eSprinter in the plant, marking another key milestone in its ongoing innovation and growth.

Three decades of the Mercedes-Benz Sprinter
For three decades, the Mercedes-Benz Sprinter has revolutionized the commercial van segment with its unmatched versatility, reliability, and low total cost of ownership (TCO). From delivery services and mobile workspaces to passenger transport and recreational conversions, the Sprinter continues to serve a wide range of industries across the globe.

Replacing the Mercedes TN (T1) series, the Sprinter debuted in 1995 and quickly set new standards in the light commercial vehicle segment. It combined the utility of a transporter with the refinement and engineering precision known of Mercedes-Benz. The Sprinter introduced many advanced safety features for its class – like ABS brakes and later ESP (Electronic Stability Program) – and boasted a more aerodynamic design, better fuel efficiency, and a range of powerful yet economical gasoline and diesel engines.

By the launch of its second generation in 2006, the Sprinter had become a favorite across industries, from delivery services to tradespeople to camper-van conversions. The new model offered even more improvements: increased cargo capacity, a more spacious cabin, and a broader range of body styles – including chassis cabs and minibuses. Mercedes-Benz expanded its target market, marketing the Sprinter under different badges like Dodge and Freightliner in North America, making it a versatile option on both sides of the Atlantic.

The third generation, introduced in 2018, elevated the Sprinter yet to another level incorporating state-of-the-art tech features such as connectivity and digital services. The Sprinter transformed to more than just a van – it became a mobile office with an MBUX multimedia system, advanced telematics, and driving-assistance features. The Sprinter’s broad range of variants remains impressive – more than 1,000 different versions can be configured from the different bodies, chassis, drive concepts, tonnages and equipment details alone. The current generation offers an even larger selection of drivetrains, including front wheel drive and two transmission types, one of which is a nine-speed automatic with torque converter. Today, whether delivering packages in bustling cities or serving as the foundation for luxury camper vans, the Sprinter continues to live up to its name — fast, reliable, and always ahead of the curve.

With the introduction of the all-electric variant, the eSprinter, the future of light commercial transport is underway. Besides the assembly in Charleston, the Sprinter and eSprinter are produced in Düsseldorf (Germany) and Ludwigsfelde (Germany). The eSprinter is redefining mobility and further solidifying the Sprinter’s legacy as a pioneering force in the industry.

Additional quotes

“Five million Sprinter is a historic figure for our global production network and underlines the capability and expertise of our teams worldwide. As a modern factory driving the transformation of mobility, Charleston plays a crucial role in our global production network.”

Francesco Ciancia, Head of Operations Mercedes-Benz Vans

“Since our inception, the Mercedes-Benz Sprinter has been key to our success in the U.S. Our international process allows us to combine German engineering excellence with American manufacturing expertise, delivering vehicles that meet the highest expectations of our U.S. and Canadian customers, for example FedEx.”

Heike Scheuble, Managing Director, Mercedes-Benz Vans USA

“The assembly of the five-millionth Sprinter at our Charleston facility highlights our van’s importance to the U.S. market, to which we have an unwavering commitment. A big ‘thank you’ goes out to the entire team here – their contributions allow us to serve our customers with the quality and innovation they expect from Mercedes-Benz Vans.”

Johannes Kellermann, President & CEO, Mercedes-Benz Vans, LLC

“I am beyond proud and excited to be a part of this incredible team in Charleston. Being able to witness the five-millionth Sprinter rolling off the lines at MBV Charleston was truly a privilege and a moment I will never forget. Every day is a new opportunity to grow, contribute, and be surrounded by a team that inspires me to reach new heights… One band, one sound!”

Leading the charge once again is reigning champion Norbert Kiss, who returns to the grid with a brand-new MAN truck. The Hungarian ace and six-time title winner has rewritten the record books in recent seasons, and after a dominant 2024 campaign, he will be the man to beat once more.

Matching his tally of six titles is Jochen Hahn, who also takes to the track in a new IVECO truck. The experienced German will be hungry to return to the top step and edge ahead in what has become a legacy battle between two of the sport’s greatest-ever drivers.

Joining them in the Titan class are familiar front-runners and fan favourites. Sascha Lenz returns with a striking new-look MAN truck and fresh livery, looking to build on his consistent form and podium potential. Spanish veteran Antonio Albacete, with T Sport Bernau, showed impressive pace last year, claiming the top step of the podium multiple times, and remains a major force.

Steffi Halm will once again fly the flag for Team Schwabentruck in her orange and white IVECO. The popular German driver is a proven race-winner and will look to return to the podium in 2025.

René Reinert makes a much-anticipated comeback to full-time racing with Reinert Racing. His experience and speed will make him one to watch from the outset.

Among the most notable changes for 2025 is the move of José Eduardo Rodrigues to the Titan category. The Portuguese youngster, who previously claimed the Chrome and Young Drivers titles, has made remarkable progress and now steps up for 2025 – a significant move that reshuffles the competitive landscape at the front.

STRONG LINE-UP IN THE CHROME CLASS

The Chrome category boasts a strong line-up of returning names and exciting new entries. 2024 Chrome championship runner-up Mark Taylor, who claimed multiple class victories and topped last season with an overall podium, will be a hot contender for the title crown.

Fellow Brit John Newell returns with renewed determination after a series of impressive performances last season in his MAN, and he’ll be looking to push further up the grid and join the fight for top honours in 2025.

Steffen Faas will be turning heads as he makes a high-profile switch to a brand-new Freightliner with tankpool24-Racing – the only truck of its kind in the field.

Clemens Hecker returns in his trusted Scania, while fan-favourite Luis Recuenco lines up once again in his IVECO, ready to showcase their skills and battle it out on track.

Bradley Smith will contest his first full season with Don’t Touch Racing after a series of impressive race-by-race appearances last year.

Luke Garrett returns to the grid, building on glimpses of promise from last season, with a new title partner and a fresh MAN truck — ready to challenge the front runners.

There are also exciting new additions to the Chrome field. Christian Ruppert brings a brand-new team – Ruppert Motorsport – to the championship, fielding a MAN as they make their ETRC debut.

After several race-by-race entries in previous seasons, German driver Stefan Kursch steps up for a full campaign in 2025, looking to make his mark on the category.

“Jochen Mass had a captivating way of recounting stories from his long and distinguished career. As our brand ambassador, he represented us for many years and inspired our brand’s fans with his approachable, friendly manner. He knew how to bring our classic legends to life with his immense knowledge and experience. I always valued the exchange with him. It was always a personal highlight to bring the Mercedes-Benz racing icons onto the road with him.“

Marcus Breitschwerdt, CEO Mercedes-Benz Heritage GmbH

From Formula One to Group C

Jochen Mass was born on 30 September 1946, in Dorfen near Munich and grew up near Mannheim. His varied racing career took him from touring cars all the way up to Formula One. In 105 Grand Prix appearances, Mass amassed 71 World Championship points with McLaren and Arrows, achieving eight podium finishes, and won one Grand Prix. This makes Mass the most successful German Formula One driver of his era. One of his greatest triumphs was his victory at the 24 Hours of Le Mans in 1989 with his Sauber-Mercedes C9. Three years later, he switched into team management in the German Touring Car Championship (DTM). Mass maintained his close links with Mercedes-Benz after his active career, appearing at numerous classic car events as a Mercedes-Benz Classic brand ambassador.

Jochen Mass’ career started as a sailor on the world’s oceans. After completing an apprenticeship as a mechanic, he embarked on his multifaceted motorsport career in 1968, racing touring cars for Alfa Romeo and as a works driver for Ford from 1970 to 1975. In 1972, he won the 24 Hours of Spa-Francorchamps alongside Hans-Joachim Stuck in a Ford Capri 2600 RS. At the same time, he competed in Formula 2 and was runner-up in the 1973 European Championship driving a Surtees TS15. In the same year, Mass made his Formula One debut at the British Grand Prix in Silverstone for the Surtees team.

After his years in Formula One, Mass competed in the 1984 Paris–Dakar Rally, in a Mercedes-Benz 500 SLC (C 107) for Albert Pfuhl’s team. With the title of German Sports Car Champion under his belt in 1985 and more than a decade as a works driver for Porsche (1976 to 1987), he joined the Sauber-Mercedes works team in 1988. Driving the first Silver Arrow since 1955 – the Sauber-Mercedes C9 in 1989 – Jochen Mass claimed victory at the legendary 24 Hours of Le Mans alongside Manuel Reuter and Stanley Dickens, and finished the season as runner-up in the World Endurance Championship for Prototypes. In 1990, Mass took on the role of mentor to the three Mercedes-Benz juniors who would later rise to greatness in their careers: Michael Schumacher, Karl Wendlinger and Heinz-Harald Frentzen. During the 1990 Group C season, the trio shared a Mercedes-Benz C11 with Jochen Mass and achieved numerous successes. In Le Mans 1991, Jochen Mass, Jean-Louis Schlesser and Alain Ferté were forced to retire their C11 after 21 hours, despite holding a commanding lead, due to a technical fault. At the end of the year, Mass concluded his career with a fifth-place finish at the World Championship round in Autopolis, Japan. In 1992, Jochen Mass took part in a balloon race across the Atlantic, and from 1993 to 1997 he was a Formula One commentator on television.

Brand ambassador at the wheel of a legendary Silver Arrow

Legendary Mercedes-Benz racing driver Sir Stirling Moss once described Jochen Mass as “a driver with an extraordinary feel for racing cars and great expertise, who is well-versed in the racing history of all eras”. That is how it happened that Mass took part in numerous historic events on behalf of Mercedes-Benz Classic. Among other events, he took part in the 2005 Mille Miglia – half a century after Stirling Moss’s legendary victory in this famous road race with the Mercedes-Benz 300 SLR. At the time, Moss said of Mass: “Jochen is a kindred spirit to me.”

De wereldwijde vraag van klanten naar Volvo-trucks op (bio-)LNG groeit. Wereldwijd heeft Volvo Trucks in totaal meer dan 8.000 gas-aangedreven trucks verkocht. In 2024 steeg de verkoop met 25%, met als topmarkten Nederland, Zweden, Noorwegen, Spanje en het Verenigd Koninkrijk. Volvo’s gasmotoren zijn verkrijgbaar in de Volvo FM-, FH- en FH Aero-modellen en ze kunnen naadloos schakelen tussen biogas (niet-fossiel gas geproduceerd uit organisch afval) en gewoon vloeibaar aardgas (Liquified Natural Gas).

Volvo-trucks op (bio-)LNG kunnen afstanden tot meer dan 1.000 kilometer afleggen op één tankbeurt, waardoor ze geschikt zijn voor transporttaken zoals langeafstandstransport en intensieve regionale distributie. Vrachtwagens die rijden op (bio-)LNG zijn in veel gevallen een goed alternatief voor inzetten wanneer bijvoorbeeld een elektrische aandrijflijn niet passend is. Dit helpt bij het verduurzamen van transportbedrijven en bedrijven die transport inkopen.

“Veel van onze klanten kiezen ervoor om hun dieseltrucks te vervangen door vrachtwagens op (bio-)LNG als een eenvoudige manier om hun CO2-uitstoot hier en nu te verminderen”, zegt Jan Hjelmgren, hoofd Product Management bij Volvo Trucks. Hij vervolgt: “Volvo’s trucks op (bio-) LNG zijn een echte win-win voor transportbedrijven, omdat ze een lagere TCO kunnen combineren met een kleinere CO2-voetafdruk en behoud van productiviteit.”

Verschillende landen bieden al een uitgebreid netwerk van tankstations met een groeiende toegang tot biogas. De wereldwijde productie van biogas groeide in 2024 met 21%*. Dit betekent dat de mogelijkheid om de CO2-uitstoot tot 100% te verminderen openligt voor een aanzienlijk aantal gebruikers. Bio-LNG is een kostenefficiënte oplossing in vergelijking met diesel in markten met belastingvoordelen en overheidssubsidies voor hernieuwbare brandstoffen en lage emissies.

Ook gewone LNG vermindert de CO2-uitstoot al met tot 20% (tank-to-wheel) in vergelijking met dieseltrucks. Dit geeft ook meteen voordelen bij CO2-gebaseerde tolsystemen zoals de Maut in Duitsland en volgend jaar de vrachtwagenheffing in Nederland.

Aanzienlijke besparingen op CO2 en bedrijfskosten, zonder compromissen

Volvo biedt een uitzonderlijke gasmotortechnologie, gebaseerd op de D13-dieselmotor. Dit betekent dat de prestaties gelijk zijn aan die van de dieseltruck, maar dan met een lagere CO2-uitstoot.

“Onze gasmotoren hebben een technologie die duidelijk beter presteert dan de concurrentie op het gebied van vermogen, koppel, motorrespons en brandstofverbruik. Chauffeurs vertellen ons dat ze het lage geluidsniveau, het vermogen en de comfortabele rijeigenschappen van onze gastrucks waarderen”, zegt Jan Hjelmgren. “We zien dat trucks op (bio-)LNG een groot potentieel hebben op weg naar zero-emissie transport.”

Feiten over CO2-besparing met trucks op (bio-)LNG:

Overschakelen van diesel naar LNG (vloeibaar aardgas) bespaart tot 20% CO₂-uitstoot (tank-to-wheel).
Overstappen van diesel op bio-LNG bespaart tot 100% CO₂-uitstoot (well-to-wheel).
Bio-LNG wordt geproduceerd uit grondstoffen zoals huishoudelijk afval, landbouwafval, mest en rioolwater.
Bio-LNG is identiek aan gewone LNG als het gaat om prestaties, opslag en tanken.

Feiten over Volvo-trucks op (bio-)LNG:

Volvo Trucks biedt gasmotoren in de volgende modellen: Volvo FM, FH en FH Aero in 4×2, 6×2 en 6×4 trekker of bakwagenconfiguratie, geschikt voor een GCW tot 70 ton.
Volvo’s G13 LNG-motor is gebaseerd op de D13 Euro 6-dieselmotor en heeft drie vermogensniveaus: 420pk/2100Nm, 460pk/2300Nm en 500pk/2500Nm.
De grootste brandstoftank heeft een capaciteit van 225 kg gas, wat een rijbereik tot meer dan 1.000 kilometer oplevert.
De gasmotor van Volvo Trucks maakt gebruik van de zuinige HPDI-technologie (High Pressure Direct Injection) van leverancier Cespira.
Volvo’s gasmotor gebruikt een kleine hoeveelheid diesel als ontstekingsbrandstof. Bij gebruik van HVO (Hydrotreated Vegetable Oil) voor de ontsteking, kan de CO₂-uitstoot tot 100% worden verminderd (well-to-wheel) in vergelijking met een truck die volledig op diesel rijdt.
Biogas vertegenwoordigt een brandstoftype voor verbrandingsmotoren die op hun beurt een cruciaal onderdeel vormen van de aandrijflijnstrategie van Volvo Trucks om in 2040 tot nul emissies te komen. Deze zogenoemde ‘drie pijler-strategie’ van Volvo Trucks om netto-nul emissies te bereiken, bestaat uit batterij-elektrische motoren, brandstofcel-elektrische motoren en verbrandingsmotoren op hernieuwbare brandstoffen.

The Mercedes-Benz 300 SL is the first model in THE PREMIUM SERIES of the new Mattel Brick Shop™ Hot Wheels product line. The most authentic replica of the Mercedes-Benz 300 SL on a scale of 1:12 consists of 1600 individual parts. Designer Benoit Monterroso, in collaboration with Hot Wheels designer Craig Callum, succeeded in perfectly recreating the characteristic features of this extraordinary sports car: From the iconic gullwing doors to the elegant bodywork and the striking front section with its imposing radiator grille.

Measuring 36 centimetres in length and 10 centimetres in height, the model features metal rear-view mirrors and a steering wheel with two spokes specially designed for Mercedes-Benz. The bonnet, boot and gullwing doors can be opened. A Hot Wheels “Signature Plate” made of metal can either be mounted on the vehicle floor or used as a key fob. Additional parts can be used to customise the model, including different wheels, headlights and radiator grille, an alternative seat, side skirts, and side exhaust pipes. A spare tyre in the boot adds a particularly realistic touch. The Mercedes-Benz 300 SL building block model comes with a set of decals and an exclusive Hot Wheels die-cast 300 SL model on a scale of 1:64 in a perspex display case. The model is supplied in high-quality packaging.

Pre-orders for the model are possible from May 2, 2025; it will be available at retailers starting in summer 2025.

In 1926 nam de Maserati Tipo 26 – de eerste auto in de geschiedenis die het Drietand-logo op de motorkap had – deel aan de Targa Florio en behaalde daarbij een klasse-overwinning met Alfieri Maserati achter het stuur.

Het was een belangrijke mijlpaal die het begin markeerde van de vele racesuccessen van de in Modena gevestigde autofabrikant, die al bijna 100 jaar technologieoverdracht van het circuit naar de openbare weg stimuleert.

Om het aftellen naar een eeuw deelname aan de autosport te starten, nam Maserati afgelopen weekend deel aan een spectaculaire parade van de meest iconische modellen uit zijn raceverleden en -heden tijdens het Monaco E-Prix-weekend, waar voor het eerst in de historie van het Formule E-kampioenschap een dubbele race werd verreden.

Rascasse, het plein voor het Casino, de hairpin bij het Grand Hotel: het zijn iconische circuitlocaties die autosport-herinneringen oproepen. Tijdens de Maserati Parade werden ze onder andere genomen door de fameuze Maserati 250 F, de Formule 1-racer die hier in Monte Carlo in 1956 de overwinning behaalde met Stirling Moss en in 1957 met Juan Manuel Fangio. Ook de glorieuze MC12 trad aan, die tussen 2004 en 2010 22 zeges behaalde (waaronder drie overall overwinningen tijdens de 24 Uur van Spa) en 14 titels in het FIA GT-kampioenschap, waaronder het constructeurs-, het coureurs- en het teamkampioenschap.

De Maserati MC20 nam ook deel aan de parade. Dit model symboliseert de terugkeer van het merk in de moderne autosport. Voor de aandrijving zorgt de krachtige, gepatenteerde 3,0-liter Nettuno V6 Twin Turbo-motor waarvoor de voorkamertechnologie die wordt toegepast in Formule 1-motoren als basis is dient. Zijn opvolger in de autosport, de Maserati GT2 – die het merk met de Drietand weer overwinningen bezorgt in GT-kampioenschappen en ongekend succesvol is in de GT2 European Series -, alsmede zijn voor de openbare weg goedgekeurde afgeleide, de GT2 Stradale, namen ook deel aan de parade.

De parade werd gecompleteerd door hoogstaande performance-modellen van het merk: de MCXtrema, het circuit ‘beest’ met een 740 pk sterke 3,0-liter twin-turbo V6-motor – afgeleid van de Nettuno-krachtbron – en tevens het topmodel van het merk, en de Tipo Folgore formule-auto. Deze modellen werden vergezeld door de Maserati GranCabrio Folgore, een open versie van de ‘Italiaanse grand tourer’, met een 100% elektrische aandrijflijn met 800V-technologie die is ontwikkeld met behulp van geavanceerde technische oplossingen die hun oorsprong vinden in de Formule E.

De ontwikkeling van deze innovatieve oplossing kwam tot stand in nauwe samenwerking tussen Kijlstra, Presales Scania Nederland en dealer Scania Groningen. Kijlstra nam hierin het voortouw en kijkt met trots terug op het resultaat. Technisch Directeur René Kors noemt de primeur “een belangrijke stap vooruit”, waarbij de aanwezigheid van de zuinige 420 pk sterke 13-liter Super motor “een welkome bijvangst” is. “Deze motor past perfect bij onze duurzaamheidsambities. Een laag brandstofverbruik betekent immers minder uitstoot en dat is een duidelijke winst voor ons bedrijf én het milieu.”

Volledige fabrieksgarantie en hogere payload

De Scania vijfasser met Wide Spread Triple is volledig af fabriek geleverd, wat betekent dat de klant profiteert van een gecertificeerd product met volledige fabrieksgarantie. Dit maakt het voertuig tot een betrouwbare investering met een gegarandeerde kwaliteit en ondersteuning vanuit Scania. De verhoogde payload biedt bovendien directe operationele voordelen: minder ritten, lagere kosten per kuub en een lagere CO2-uitstoot per transporteenheid. Het voertuig is voorzien van een Liebherr betonmixer.

Verduurzaming als speerpunt

Kijlstra Betonmortel levert een breed scala aan betonproducten aan zowel particuliere klanten als voor zakelijke toepassingen in infrastructuur en woningbouw. Duurzaamheid vormt daarbij een rode draad. Zo kijkt het bedrijf niet alleen naar reductie van emissies tijdens transport, maar ook naar CO2-besparing bij de productie en samenstelling van het beton. Een sprekend voorbeeld is het gebruik van geopolymeerbeton, dat voornamelijk bestaat uit natuurlijke minerale grondstoffen.

In 2024 investeerde Kijlstra bovendien in een eigen grondstoffenhub om transportbewegingen drastisch te beperken. Als eerste mortelproducent werd Kijlstra vorig jaar gecertificeerd voor MKI-verificaties (Milieu Kosten Indicator), waarmee het de milieueffecten van betonproducten transparant en meetbaar maakt.

Betrouwbare logistiek met oog voor mensen

Het wagenpark van Kijlstra is volledig Euro 6-gecertificeerd. In Amsterdam zet het bedrijf inmiddels een elektrische truck in. Toch blijkt een e-truck op dit moment nog niet altijd de beste oplossing voor het merendeel van de ritten. Daarom kiest Kijlstra bewust voor de zuinigste dieselmotoren in combinatie met maximale inzetbaarheid. “Wij willen vooroplopen binnen de mogelijkheden die er vandaag zijn,” aldus René Kors.

Bij de keuze voor nieuwe voertuigen spelen twee factoren een sleutelrol: de voorkeur van de chauffeur en de kwaliteit/ondersteuning van de dealer en de werkplaats. Chauffeurs zijn bij Kijlstra namelijk veel meer dan alleen bestuurders: zij vertegenwoordigen het bedrijf op de bouwplaats, moeten onder uitdagende omstandigheden manoeuvreren én kunnen omgaan met de technische bediening van de betonmixer. In een krappe arbeidsmarkt is het dan ook essentieel dat zij graag in de voertuigen rijden waarmee zij dagelijks werken. Scania scoort daarbij hoog.

Nauw contact met de dealer

Kijlstra hecht veel waarde aan een goede relatie met de dealer en de serviceorganisatie erachter. Onvoorziene stilstand, zeker met een volle betonmixer, is onacceptabel. Het bedrijf heeft goede ervaringen met Scania Groningen en de overige werkplaatsen van het Scania dealernetwerk. “Zij begrijpen onze business goed en kunnen snel schakelen wanneer nodig.”

RUPPERT MOTORSPORT JOINS 2025 ETRC GRID

The 2025 Goodyear FIA European Truck Racing Championship welcomes a brand-new team with Ruppert Motorsport – a fresh name in truck racing, but a team with deep roots in motorsport.

Although new to the truck racing scene, Ruppert Motorsport brings over 40 years of motorsport experience. Team founder Christian Ruppert began as a passenger in sidecar motocross before moving into quad racing and competing in the KTM Duke Battle Cup.

His journey continued in the IDM Sidecar Championship for over a decade, and most recently, the team took part in the Dakar Classic in 2022 and 2024. That same year, they also entered the Dutch Truck Racing Championship – a stepping stone that sparked their passion for the discipline.

The Road to the ETRC

It was during the Dakar Classic that the team met Marco Klingenhöfer, who invited them to test a race truck in Most. The experience lit the fire, and after just two rounds in the Dutch series, Ruppert Motorsport was all in.

“We’re a family-run team through and through,” said Christian’s son Matias Ruppert, who brings his own experience into the mix, having ridden motorcycles since the age of 3.5 and joined the team for their second Dakar outing.
Christian Ruppert’s wife is also deeply involved, having started as a sidecar passenger and later as co-driver in both Dakar Classics.

Originally, the team aimed to buy a truck to compete in the Dutch Championship but found the options limited. A conversation with Sascha Lenz changed everything. “Sascha said this truck belonged in the European Championship,” they explained. “We never do things halfway. When we start something, we go straight to the top – just like with the Dakar.”

The team didn’t have a truck secured until November and briefly considered postponing their debut to 2026. “Thanks to Sascha, Stefan Honens and others in the racing community, we were able to make this happen,” Matias said. “We were close to calling it a year and waiting until 2026, but everyone rallied together to help us get on track for 2025.”

While the team’s main goal for their debut season is to learn, they also want to be competitive. “We want to keep pace with the field and avoid big gaps,” said Matias.

Most and the Nürburgring are the circuits the team is most excited about – both due to their proximity to the team’s base in southern Germany and Christian Ruppert’s positive experiences from previous races.

Like many privateer teams, finances and time are the biggest challenges. “We all have full-time jobs, so racing is something we do alongside that,” Matias explained. “Every holiday, every weekend is spent preparing the truck and the service vehicles. It’s tough, but we’re doing it because we love the sport.”

Al jaren is Miniatur Wunderland in de historische Speicherstadt van Hamburg een van de meest geliefde attracties van Duitsland. Met meer dan 1,4 miljoen bezoekers per jaar is dit ‘miniatuurpark der superlatieven’ sinds de opening in 2001 een waar mekka voor liefhebbers van techniek, treinen en verhalen op schaal. In het park vind je nauwkeurig nagebouwde landschappen uit onder andere Duitsland, Zwitserland, Italië, de Verenigde Staten en zelfs Antarctica. Alles beweegt, knippert of rijdt – van rijdende treinen tot opstijgende vliegtuigen op een volledig functionerende miniatuur-luchthaven.

Kleine beroemdheid
Vanaf nu is er een bijzondere aanvulling te bewonderen in de miniwereld van de Hanzestad Hamburg: een jubileum-autotrein ter ere van 50 jaar Volkswagen Polo. De trein op schaal 1:87 bestaat uit 12 wagons waarop meer dan 70 Polo-modellen uit de afgelopen vijf decennia staan opgesteld. Elk exemplaar is minutieus nagebouwd, van de eerste generatie uit 1975 tot de nieuwste uitvoeringen.

ELEKTRIFICATIE

De Powered Trailer, die onlangs werd gepresenteerd op de IAA Transportation-beurs in Hannover, vormt een belangrijke mijlpaal in de ontwikkeling van gekoeld transport. Hoe hebben TIP Group, SolarEdge e-Mobility en Mitsubishi Heavy Industries Thermal Transport Europe GmbH hun expertise gebundeld om een baanbrekende oplossing te creëren, welke impact kan dit hebben op wagenparkbeheer en wat betekent dit voor de toekomst van duurzaam transport? De drie bedrijven delen een visie voor een duurzamere transportsector en elke partner draagt zijn gespecialiseerde expertise bij om ervoor te zorgen dat de oplossing zowel innovatief als commercieel haalbaar is.

TIP Group, een toonaangevende leverancier van leasing- en verhuurdiensten voor transportmaterieel, maakt deze technologie toegankelijk voor wagenparkbeheerders.

“Onze ambitie binnen TIP Group is om de innovatieve overstap naar emissievrij temperatuurgecontroleerd transport met koeltrailers te leiden, zonder beperkingen op haalbare oplossingen”, aldus Rogier Laan, Vice President Sales and Marketing van TIP Group. “Zowel SolarEdge e-Mobility als Mitsubishi Heavy Industries Thermal Transport Europe GmbH staan bekend om hun vooruitstrevende visie en hun inzet voor decarbonisatie, waardoor ze uitstekend bij dit project passen.”

SolarEdge e-Mobility, een pionier op het gebied van slimme energieoplossingen, zorgt ervoor dat het systeem optimaal gebruikmaakt van hernieuwbare energiebronnen.

“Bij de introductie van nieuwe technologie op een traditionele markt is het van cruciaal belang om verstoringen van de processen van klanten tot een minimum te beperken”, aldus Pavel Gilman, Senior Director Sales & Marketing & Program Management bij SolarEdge e-Mobility. “Om maximale efficiëntie te bereiken, hebben we betrokken klanten nodig die bereid zijn nieuwe technologieën te testen en verder te ontwikkelen. De betrokkenheid van TIP Group is van groot belang geweest bij het selecteren van de juiste logistieke partners en use cases.”

Mitsubishi Heavy Industries Thermal Transport Europe GmbH draagt bij met zijn geavanceerde expertise op het gebied van koeling en optimaliseert de koelunits voor volledig elektrische werking.

“Onze koelunits zijn ontworpen met zeer efficiënte invertertechnologie om ervoor te zorgen dat er geen energie wordt verspild”, aldus Gunnar Hilge, Head of Development bij Mitsubishi Heavy Industries Thermal Transport Europe GmbH. Door meerdere energiebronnen te integreren, creëren we een koeloplossing die zowel kosteneffectief als volledig duurzaam is.

De Powered Trailer is een doorbraak op het gebied van gekoeld transport, waarbij meerdere hernieuwbare energiebronnen worden geïntegreerd om een volledig elektrische koeloplossing te bieden.

Het zonnedak speelt een belangrijke rol in de energievoorziening en dekt tussen 20 en 120 procent van de energiebehoefte van de koelunit van Mitsubishi Heavy Industries Thermal Transport Europe GmbH, afhankelijk van het gebruiksprofiel van de klant, de buitentemperatuur en de zonnestraling. De energie-as vult dit aan door kinetische energie tijdens het rijden – met name tijdens het remmen – op te vangen en om te zetten in elektriciteit, zodat er extra vermogen beschikbaar is wanneer zonne-energie alleen niet voldoende is. Deze energie wordt vervolgens opgeslagen in een accu met hoge capaciteit, waardoor de koelunit verzekerd is van een betrouwbare stroombron. Het systeem is ontworpen om de efficiëntie te optimaliseren, met verschillende recuperatiemodi waarmee bestuurders de energieopname kunnen aanpassen aan de rijomstandigheden en de batterijstatus.

SolarEdge e-Mobility speelt een cruciale rol in het maximaliseren van de efficiëntie van de Powered Trailer door zonne-energie in het systeem te integreren. “Ons doel is om het aandeel van gratis, groene energie – zonne- en kinetische energie – binnen de trailer te vergroten”, aldus Gilman. “Door meerdere energiebronnen te gebruiken, verminderen we onze afhankelijkheid van alleen batterijcapaciteit, waardoor we kosten verlagen en de bedrijfsuren verhogen. Deze volledig emissievrije energiebron verhoogt de efficiëntie en duurzaamheid van het wagenpark.”

Mitsubishi Heavy Industries Thermal Transport Europe GmbH levert de volledig elektrische koelunit, die is geoptimaliseerd om naadloos samen te werken met het energie-ecosysteem van de trailer. “Onze koelunits maken gebruik van zeer efficiënte invertertechnologie om ervoor te zorgen dat er geen energie wordt verspild”, aldus Hilge. De accu van de trailer kan worden opgeladen via het zonnedak, de recuperatieas of een externe netaansluiting. In een ideaal scenario wordt de energiebehoefte van de trailer volledig gedekt door hernieuwbare bronnen, wat het een echte emissievrije oplossing maakt.”

De mogelijkheid om energie op te vangen, op te slaan en te hergebruiken maakt de Powered Trailer tot een revolutionaire oplossing. Door gebruik te maken van dit geavanceerde energie-ecosysteem kunnen wagenparkbeheerders hun brandstofkosten aanzienlijk verlagen, het operationele bereik vergroten en voldoen aan de nieuwste duurzaamheidsvoorschriften, zonder dat dit ten koste gaat van de prestaties.

De prestaties in de praktijk vormen de ultieme test voor elke nieuwe technologie. De Powered Trailer wordt momenteel getest in een proefprogramma met Zippel Group, een toonaangevend logistiek bedrijf dat gespecialiseerd is in geconditioneerd transport. Deze proef is bedoeld om te valideren of het systeem volledig op hernieuwbare energie kan werken met behoud van efficiëntie en betrouwbaarheid in de dagelijkse logistieke activiteiten.

Een van de belangrijkste prestatie-indicatoren die worden gemonitord, is de naadloze werking van de e-reefer zonder onderbrekingen.

“Onze belangrijkste KPI’s voor deze proef zijn operationele betrouwbaarheid, rendement op investering en gebruiksgemak voor klanten bij hun dagelijkse werkzaamheden”, aldus Gilman. “We volgen de telematicagegevens nauwlettend en onderhouden voortdurend feedbackloops met de gebruiker om ervoor te zorgen dat we waardevolle, praktijkgerichte inzichten verzamelen.”

Mitsubishi Heavy Industries Thermal Transport Europe GmbH onderzoekt momenteel hoe goed het systeem presteert op het gebied van energie-efficiëntie en kostenbesparingen.

“In vergelijking met conventionele dieselmotoren kunnen volledig elektrische koeloplossingen de operationele kosten met wel 50 procent verlagen, afhankelijk van de brandstof- en elektriciteitsprijzen”, aldus een woordvoerder van Mitsubishi Heavy Industries Thermal Transport Europe GmbH. “Voor wagenparkbeheerders is het van cruciaal belang dat het systeem optimaal wordt benut om het rendement op hun investering te maximaliseren. Bij optimaal gebruik kan de ROI al binnen twee tot vier jaar worden gerealiseerd, wat betekent dat de klant gedurende de rest van de levensduur van de trailer – doorgaans zes tot tien jaar – aanzienlijke kostenbesparingen realiseert.”

Voor TIP Group vormt deze pilot een cruciale proof of concept.

“We willen aantonen dat deze configuratie autonoom kan functioneren, idealiter zonder gebruik te maken van elektriciteit uit het net”, aldus Laan. “Deze proef zal cruciale inzichten opleveren in de prestaties van het systeem, de energiebesparingen en de operationele efficiëntie, waardoor we de oplossing kunnen verfijnen voor een bredere marktintroductie.”

De pilot is inmiddels in volle gang en de eerste reacties wijzen op positieve resultaten en een sterk potentieel voor implementatie op de lange termijn. Naarmate er meer gegevens worden verzameld, zullen de resultaten worden gebruikt om de volgende stappen te bepalen voor de schaalvergroting van deze technologie in de gekoelde transportsector.

Hoewel de Powered Trailer een grote stap voorwaarts betekent, staat de brede acceptatie van elektrische koeltrailers nog voor verschillende uitdagingen. Van belemmeringen door regelgeving tot aarzeling bij wagenparkbeheerders: het overwinnen van deze obstakels is essentieel om de overstap weg van dieselkoeling te versnellen.

Een van de grootste obstakels is de terughoudendheid van de markt en de initiële investeringskosten. “Veel wagenparkbeheerders zijn nog steeds terughoudend met de overstap naar nieuwe technologie vanwege zorgen over de kosten en de gevolgen voor de bedrijfsvoering”, aldus Gilman. “De sleutel tot het overwinnen van deze uitdaging is het aantonen van een duidelijk rendement op investering door middel van praktijktests en samenwerking met full-service leveranciers van materieel zoals TIP Group, die het financiële risico voor klanten helpen beperken.”

Vanuit technologisch oogpunt spelen ook beperkingen van de infrastructuur en energiekosten een rol. “Hoewel de laadinfrastructuur geen groot probleem vormt, aangezien het systeem via elk 400V-stopcontact kan worden opgeladen, kunnen de hoge elektriciteitskosten – met name in markten zoals Duitsland – van invloed zijn op de acceptatiegraad”, aldus een woordvoerder van Mitsubishi Heavy Industries Thermal Transport Europe GmbH. “Daarom richt de Powered Trailer zich op energieonafhankelijkheid, door gebruik te maken van zonnepanelen en een energieterugwinningsas om onderweg stroom op te wekken.”

Uitdagingen op het gebied van regelgeving vormen eveneens een hindernis. TIP Group heeft te maken gehad met verschillen in wetgeving tussen verschillende landen, met name in Nederland, waar de registratie van energieterugwinningsassen nog niet is goedgekeurd.

“Ondanks dat Nederland een early adopter is van duurzaam transport, moet de wetgeving voor de registratie van deze assen nog worden afgerond, terwijl andere EU-landen al een stap verder zijn”, aldus Laan. “Onze verwachting is dat dit in het tweede kwartaal van 2025 zal zijn opgelost, maar in de tussentijd werken we samen met alternatieve markten om de acceptatie te versnellen.”

Naast de wetgeving heerst er ook een zekere ‘angst voor het onbekende’ onder wagenparkbeheerders. TIP Group speelt hier actief op in door testunits te leveren, gegevens te verzamelen en advies te geven om klanten te helpen bij een zorgeloze overstap naar elektrische reefers.

“Met de juiste ondersteuning en prestatiegegevens zijn wij ervan overtuigd dat deze belemmeringen kunnen worden overwonnen, waardoor de weg wordt vrijgemaakt voor een schonere en kostenefficiëntere toekomst in het gekoelde transport”, aldus TIP.

Ondanks deze uitdagingen komt er steeds meer vaart in het proces. Naarmate regelgeving verandert, energiekosten stabiliseren en marktleiders blijven investeren in elektrificatie, is de Powered Trailer hard op weg om een standaardoplossing te worden voor duurzame koelketenlogistiek.

Nu de Powered Trailer de pilotfase verlaat en op grotere schaal wordt ingezet, ligt de focus op het opschalen van de technologie en het waarborgen dat wagenparkbeheerders deze naadloos kunnen integreren in hun logistieke activiteiten.

“De technologieën die nodig zijn om een grote sprong voorwaarts te maken op het gebied van duurzame logistiek zijn al beschikbaar”, aldus Gilman. “Het is niet de vraag of, maar wanneer. Het tempo waarmee de technologie wordt geïmplementeerd, hangt af van wetgeving, acceptatie door klanten en blijvende bewijzen van operationele voordelen.”

Voor TIP Group is het van prioriteit om klanten te ondersteunen bij de overgang. “Het beste advies voor wagenparkbeheerders is om nu te beginnen. De overgang naar volledig elektrische oplossingen vergt tijd en inspanning, maar early adopters zullen waardevolle ervaring opdoen en kostenvoordelen behalen”, aldus TIP.

“Wij zetten ons in om onze klanten met de juiste oplossingen en expertise door deze transitie te begeleiden.”

Three models ranging from 390-435hp (max)

Powered by FPT six-cylinder Stage V 8.7-litre engines, the new Magnum lineup comprises:

Magnum 355: 390hp, boosting to 410hp
Magnum 385: 417hp, boosting to 435hp
Magnum 405: produces a straight 435hp without boost
Transmission updates for tailored operation

Magnum tractors are available with a choice of a 21F/5R PowerDrive full powershift or Case IH’s continuously-variable CVXDrive transmission. The Magnum 385 and 405 models can also be specified in Rowtrac configuration, which features rear track units.

Enhancements to the PowerDrive full powershift include a brake-to-clutch feature that disengages the transmission when the brake pedals are depressed, enhancing stopping safety and precise movement when manoeuvring or attaching implements. When the brakes are released, the tractor accelerates to its previous speed, and the operator can set and choose from three ratio settings between brake force and tractor deceleration, features that bring CVT-like convenience and operating function to the full powershift.

Additionally, refinements to the tractors’ Automatic Productivity Management feature enhance the operator’s ability to fine-tune settings according to personal preference and working conditions. Through the Case IH Pro 1200 display, users can adjust the acceleration rate, make 15% speed changes to the target speed, and alter upshift sensitivity and aggressiveness rate settings, and there is also a new aggressiveness button on the armrest, all helping ensure the tractor’s operating characteristics are matched to individual tasks. Operators can also now toggle directly between field and road mode, for faster adjustment between travel and fieldwork.

Hydraulic upgrades for higher implement performance

New horizontally-mounted electrohydraulic remote valve assemblies provide increased reliability, an improved hydraulic power curve and maximum oil retention. The power beyond fitting has been relocated for better access, and new 0.5-inch and 0.75-inch pressure relief lever-assisted couplers make connecting and disconnecting hydraulic pipes easier. Colour-coded self-closing coupler doors with corresponding decals protect each coupler and ensure the correct connection. A second hydraulic return port for applications requiring lower pressure is a dealer-installed accessory.

The optional front hitch now features mid-mount valves with a higher-performing valve slice, providing 20% more maximum pressure-side flow (120 l/min) for enhanced lift performance. Additionally, a new dual-line hydraulic trailer brake delivers smoother braking and enhanced stopping power and comfort compared to single-line systems.

New, simplified precision technology

Like several other Case IH models, Magnum tractors are now available with three technology packages, allowing customers to select the best fit for their operation.

Magnum tractors are also available with AccuSync, which allows multiple machines to connect within a field, sharing data such as A-B lines and coverage maps.

The latest Case IH Pro 1200 display is now offered in a dual format for applications requiring two screens. The large, bright Pro 1200 display is subject to reduced glare in all lighting conditions, and can be remotely viewed by the owner and dealer for monitoring as well as operating and service support.

All new Magnum tractors come with Connectivity Included, unlocking the machine’s full potential through connected services and FieldOps™ for the lifetime of the modem –with no recurring subscription fees. Additionally, when linked to a customer account, new Magnum models enable qualifying existing machines to be upgraded to Connectivity Included at no extra cost*. With FieldOps™, the new all-in-one data management app and web platform, customers gain near real-time access to both their machine and agronomic data. This simplifies monitoring, planning and evaluation, streamlines workflows, and maximises efficiency.

First European showing of the new Magnum tractors will be at Demoagro, in Medina del Campo, Valladolid, Spain, from May 20-22, 2025.

Unimog U 5023 as a 3000 tank fire truck

Thanks to its high ground clearance of over half a meter, large approaching and ramp angles and a wading capacity of up to 1.2 meters, the Unimog U 5023 is ideally suited as a basic vehicle for flood and disaster operations as well as for demanding vegetation firefighting. The torsion-resistant chassis with tubular axles, which enables diagonal axle articulation of up to 30 degrees, as well as the high stability of the superstructure with a permissible total weight of 14.5 tons, ensure that the crew, material and heavy equipment can reach even remote locations safely and quickly if necessary. The integrated tire pressure regulation system enables the tire pressure to be adjusted quickly, even while driving, and ensures maximum traction on changing surfaces. For reliable use by fire departments, the Unimog also comes with a heat protection package for all operationally relevant lines ex works.

The tank fire truck shown here is based on the Unimog U 5023 and is equipped with a Schlingmann superstructure. The superstructure frame is welded from special stainless-steel profiles to ensure stability and prevent corrosion. The attachment of the superstructure to the chassis with a double three-point mounting allows high torsion resistance in difficult terrain.

The up to 4,000 liters of extinguishing water in the tank are discharged using the Schlingmann S2000 type FPN 10-2000 centrifugal fire pump (in accordance with DIN EN 1028), which is operated intuitively using glove-compatible buttons. It is also possible to use the pump & roll method. The roof water cannon with C-jet pipe can be operated through the pivoting roof hatch.

The four side equipment compartments provide space for extensive firefighting equipment. The pump system and the pressure proportioning system are housed in the rear equipment compartment. Roof boxes are also mounted on the superstructure roof. LED light strips in and on the superstructure ensure effective illumination of the area around the vehicle and the equipment compartments.

Atego as a multifunctional fire-fighting vehicle

The multifunctional fire-fighting vehicle (Hilfeleistungslöschgruppenfahrzeug, HLF 10) based on the Mercedes-Benz Atego is a versatile emergency vehicle for municipal fire departments that is equipped for both firefighting and technical assistance. It complies with the DIN 14502 and DIN 14530-26 standards and was built with a superstructure from Rosenbauer. It is a multifunctional emergency vehicle for municipal fire departments, designed for firefighting and technical assistance.

With 220 kW (299 hp), all-wheel drive and off-road reduction, the off-road capable Mercedes-Benz Atego usually gets to its destination quickly, even off paved roads. The selectable longitudinal lock can be used to synchronize the front and rear axles, while the selectable locking differentials on both axles can prevent individual wheels from spinning if necessary.

The spacious crew cab offers space for a full crew of nine people (8+1, eight crew members and one driver). The AT (Advanced Technology) superstructure from Rosenbauer is designed for municipal deployment requirements. With the storage space concept and high payload reserves, this concept enables the transportation of extensive equipment for various operational situations. At the rear, the body is characterized by a short overhang of just under two meters. The ambient lighting enables safe operating conditions even in the dark.

The superstructure is equipped with an FPN 10-3000 centrifugal fire pump, an extinguishing water supply and foam compound for firefighting. The operational functions are operated via the Rosenbauer Logic Control System.

Unimog in action: live demonstration on the off-road course

De Volvo FH Aero won onlangs de Green Truck Award 2025, grotendeels dankzij een zeer efficiënte motor en de nieuwe aerodynamische Aero-cabine. Daarbij was de truck uitgerust met de Volvo’s verbeteringen op de aerodynamica en nieuwste technologie om de impact van luchtweerstand nog verder te verbeteren.

Stabilisatoren voor de luchtstroom in de cabine, verlengde zijfenders en aangepaste chassis-skirts, zijn subtiele maar krachtige aanpassingen die echt een verschil maken voor de aerodynamica. Dit betekent dat de actieradius, het brandstofverbruik en de CO2-uitstoot met wel 2% kunnen worden verbeterd bovenop de al bereikte efficiëntie. De Volvo FH Aero met de aerodynamische verbeteringen kan zo tot 7% zuiniger kan zijn dan de Volvo FH.

De nieuwe functies zijn nu beschikbaar voor klanten die op zoek zijn naar het nieuwste op het gebied van brandstofefficiënt transport en worden in verschillende combinaties aangeboden op de Volvo FH, FH Aero en FM-truckmodellen*. De voordelen van de nieuwe functies gelden voor alle brandstoftypen – elektrische-, gas- en dieselaangedreven trucks.

“Alle tijd die is besteed aan simulaties en in de windtunnel werpt zijn vruchten af. Met deze nieuwe wijzigingen aan de cabine voegen we nog iets toe aan de grote verbeteringen in aerodynamica van vorig jaar, waarvan onze klanten zullen profiteren”, zegt Jan Hjelmgren, Hoofd Product Management bij Volvo Trucks.

Drie nieuwe features

De belangrijkste toevoeging zijn de luchtstroomstabilisatoren op de bovenhoeken van de cabine naast de voorruit. Met behulp van een zorgvuldig ontworpen patroon bestaande uit kleine schuine schoepen, regelen de stabilisatoren hoe de lucht rond de hoeken van de cabine stroomt.

“We hebben ‘out of the box’ gedacht en gebruikgemaakt van een techniek die vaak wordt toegepast op vliegtuigen, Formule 1-raceauto’s en windturbines. De bovenste hoeken van de cabine zijn zeer kritisch voor de aerodynamica. Met ons cameramonitorsysteem hebben we nieuwe mogelijkheden op dit gebied kunnen ontdekken door kleine schoepen te gebruiken om de luchtstroom op microschaal te regelen en zo een effect op macroschaal te creëren. Dankzij deze kennis zullen we in de toekomst nog meer aerodynamische concepten kunnen introduceren”, zegt Anders Tenstam, Senior Technology Expert Aerodynamics bij Volvo Trucks.

Waar de luchtstroomstabilisatoren de aerodynamica aan de voorkant van de cabine verbeteren, helpen ze ook om betere omstandigheden te creëren voor twee extra upgrades: zijfenders die 50 mm langer zijn om de ruimte tussen de cabine en de oplegger te verkleinen, en gewijzigde chassis-skirts om een betere uitlijning met het achterspatbord te creëren.

Deze drie nieuwe kenmerken vullen elkaar aan volgens het ‘1 + 1 = 3 principe’, wat betekent dat de totale positieve impact groter is dan de som van de individuele voordelen van elk onderdeel.

Aerodynamica belangrijk voor brandstofefficiëntie

Volvo’s nieuwe FH Aero-model bewijst hoe belangrijk aerodynamica kan zijn om de brandstofefficiëntie in een moderne vrachtwagencabine te verbeteren. Dankzij een verlenging van de cabine met 24 cm en diverse aanpassingen om de luchtweerstand te verminderen, levert de Volvo FH Aero een aanzienlijke verbetering van het brandstofverbruik, zeker als veel kilometers op langeafstandsritten worden gereden.

“We wanted to take on a new challenge – especially in terms of engine and drivetrain,” says Faas. “It was time to level up and push our technical development further.” Coming from a touring car background, Faas was drawn to the Freightliner, particularly the bonneted configuration. “The seating position, the handling, the weight distribution – it all feels much more like a touring car. As a driver, that suits me perfectly.”

Built from the ground up

The preparation phase was intense. “We went through a lot of long nights, put in huge amounts of work, and made countless new contacts. There were plenty of challenges, but also so much valuable input,” he reflects. “The project really brought us together as a team and taught us a lot.”

They rebuilt the entire truck from scratch. “There isn’t a single bolt left in its original place. We adapted everything to the regulations – in close coordination with the FIA, who supported us throughout. It was a full-on process.”

Inspired by a legend: The P-51D Mustang

Visually, the truck is a showstopper. Its design is inspired by the iconic P-51D Mustang fighter plane – a tribute not only to aviation, but also to Faas’ love of Top Gun. “We wanted a strong theme that makes an impact and works well from a marketing point of view. Emotion plays a huge role for me – and I wanted a truck that stands out. I wanted something special.”

Technical setbacks, emotional wins

Switching to a new engine meant starting from scratch. “That’s what threw us back the most. We spent four years developing the Scania engine, and now we’re essentially starting over with the Mercedes power unit. But we’re proud to have taken this step – because in the end, emotion matters.”

Despite the challenges, the new Freightliner has already created buzz beyond the paddock. “I got a call from the director of the Technik Museum Speyer. They asked me to bring the new truck to the Brazzeltag event which takes place this weekend – alongside legendary Mercedes race trucks. That kind of recognition really means a lot.”

Track debut in Most – one step at a time

After early tests on a break-in track for road trucks, the real challenge began in Most. “That was the first time we could push the truck properly. Of course, some things broke – that’s part of the process. It’s an old chassis completely rebuilt, and we’re still dealing with teething problems.”

Faas and his team are taking it step by step. “We started with the engine. Next up is the gearbox, then the rear axle. It’s a long road, but we’re confident.”
Looking ahead

Performance-wise, Faas expects big things: “With the new configuration, especially in terms of handling and weight distribution, we’re hoping for a big step forward. Our goal is clear – fight consistently for top spots in the Chrome category and make our presence felt at every round.”

Het 75-jarig jubileum van SEAT S.A. wordt vandaag afgetrapt met een bijzondere openluchtexpositie op het Plaça de la Universitat in het hart van Barcelona. Daar staan 75 iconische modellen opgesteld, elk met een eigen verhaal. Bezoekers krijgen een uniek kijkje in de geschiedenis en toekomst van SEAT S.A. – van de allereerste SEAT 1400 uit 1953 tot de volledig elektrische CUPRA Raval showcar die in 2026 nabij Barcelona in productie gaat. Ook klassiekers als de SEAT 600, Ibiza en Leon maken deel uit van het overzicht van de 77 modellen die SEAT sinds 1950 heeft gebouwd. De expositie is van 10 tot en met 18 mei vrij toegankelijk en valt samen met Automobile Barcelona, de tweejaarlijkse internationale autoshow van de stad.

Feest in de stad
Ook CASA SEAT, het merkpaviljoen van SEAT en CUPRA in het centrum van Barcelona, viert het jubileum mee en opent op 10 mei zijn deuren voor iedereen. Op het programma staan een expositie van historische modellen, een interactieve zone met trapautoversies van de SEAT 600, Leon en 850 Spider, en een speciale hardloopsessie waarbij deelnemers gekleed gaan in outfits die verwijzen naar de verschillende SEAT-decennia. Topchef Jordi Roca zorgt voor culinaire verrassingen, waaronder een exclusieve verjaardagstaart en zoetigheden van Rocambolesc – speelse, ambachtelijke desserts uit zijn befaamde ijssalon.

Van Zona Franca naar Martorell
In 1953 rolde de eerste SEAT 1400 van de band in de fabriek in Zona Franca (Barcelona) – toen nog in een tempo van vijf auto’s per dag. Vier decennia lang bouwde SEAT daar modellen als de 600 en 127. De productie verhuisde in 1993 naar Martorell, nabij Barcelona. Daar rolden onder meer de tweede-generatie Ibiza en de Cordoba van de band – met 1.500 stuks per dag. Inmiddels telt de fabriek 2,8 miljoen vierkante meter – het equivalent van zo’n 400 voetbalvelden – en rijdt er elke veertig seconden een nieuwe auto de poort uit: zo’n 2.300 per dag. In totaal bouwde SEAT S.A. al meer dan 21,5 miljoen auto’s.

Van idee tot auto – allemaal in Spanje
SEAT S.A. is de enige autofabrikant in Spanje die het volledige proces van ontwerp tot verkoop zelf uitvoert. Dat gebeurt op drie locaties: in Barcelona, El Prat de Llobregat en Martorell. Daarmee is SEAT S.A. ook de grootste industriële investeerder in R&D in Spanje, goed voor ongeveer 1% van het bruto binnenlands product. Het onderzoeks- en ontwikkelingscentrum opende in 1975 en viert dit jaar zijn vijftigste verjaardag. Daar ontstond onder meer de SEAT 1200 Sport – beter bekend als ‘Bocanegra’ –, het eerste volledig zelfstandig ontwikkelde model. In 2007 volgde het hypermoderne Design Centre.

De bouw van een nieuwe accumontagefabriek startte in 2023. Hier worden straks accucellen uit de PowerCo-gigafabriek in Sagunto geassembleerd. De investering van € 300 miljoen levert meer dan 500 nieuwe banen op en maakt deel uit van Future: Fast Forward, het ambitieuze elektrificatieproject van SEAT S.A. en de Volkswagen Groep. Het totale investeringsbedrag van € 10 miljard is de grootste industriële injectie in de Spaanse geschiedenis.

Iconen op wielen
In 75 jaar tijd lanceerde SEAT S.A. maar liefst 77 modellen. Auto’s als de SEAT 600 groeiden uit tot symbolen van mobiliteit voor iedereen. De Ibiza doet al 41 jaar mee en is met meer dan zes miljoen verkochte exemplaren het meest succesvolle model in de geschiedenis van SEAT. De SEAT Leon domineert al 26 jaar de compacte middenklasse en de Arona is vandaag-de-dag de populairste stads-SUV van Spanje.

Sinds 2018 voert SEAT S.A. twee merken: SEAT en CUPRA. Met CUPRA kreeg het portfolio een sportieve en vooruitstrevende aanvulling. In zeven jaar tijd bracht CUPRA zeven modellen op de markt en verkocht het wereldwijd al meer dan 900.000 auto’s.

Wereldwijd onderweg
SEAT en CUPRA zijn actief in meer dan zeventig landen – van Mexico tot Australië en Nieuw-Zeeland. Meer dan 80 procent van alle productie gaat naar het buitenland. De eerste export vond plaats in 1965 naar Colombia. De SEAT Ronda was het eerste model waarmee een kleine Nederlandse importeur SEAT op de kaart zette, in 1983, als eerste officiële stap op de Nederlandse markt. Sinds 1986 maakt SEAT S.A. deel uit van de Volkswagen Groep.

The new Mercedes-Benz Actros L ProCabin

The Mercedes-Benz Actros L offers a new, aerodynamic cab design that reduces fuel consumption by up to 3% compared to the previous model. The interior is designed for comfort and ensures relaxing breaks with many practical functions. The third-generation OM 471 engine combines high efficiency with performance. The Predictive Powertrain Control system optimizes the driving style by predictively adjusting the speed and selecting the ideal gear in conjunction with PowerShift Advanced. Numerous safety assistance systems offer additional support and contribute to a safe driving experience. The Actros L ProCabin also sets standards in terms of safety and digitalization: the second-generation MirrorCams not only improve all-round visibility, but also aerodynamics. The system is complemented by a range of advanced driver assistance systems, including lane departure warning, distance control and emergency braking assistants, which effectively support the driver and contribute to a noticeably safer driving experience.

About the Torello Group:

Amsterdam, 13 mei 2025 – De stress die beroepschauffeurs ervaren is vaak het gevolg van een grote werkdruk. De helft van de ondervraagde chauffeurs (gemiddeld 50%) gaf bijvoorbeeld toe dat ze zich geregeld genoodzaakt voelden om snelheidsbeperkingen te overtreden om hun werk op tijd af te krijgen. 62% van de Nederlandse chauffeurs geeft toe, zich hieraan schuldig te maken.

Beroepschauffeurs worden voortdurend geconfronteerd met gevaarlijk rijgedrag van andere weggebruikers. In Nederland worden weggebruikers die afgeleid zijn door het gebruik van mobiele telefoons achter het stuur het vaakst genoemd als voorbeeld van gevaarlijk gedrag (42%). Andere vaak waargenomen problemen zijn onder meer bestuurders die slecht rijgedrag vertonen (38%) of elektrisch aangedreven tweewielers die te snel rijden (37%).

Chauffeurs hebben nood aan ondersteuning

Veel chauffeurs vinden bij hun werkgever nauwelijks begrip voor die enorme werkdruk en de dagelijkse confrontatie met gevaar. Zowat zes op de tien beroepschauffeurs in ons land (59%) voelt zich ongemakkelijk bij het benaderen van hun werkgever voor ondersteuning in verband met stress en andere psychische problemen. Volgens meer dan een derde (37%) biedt hun werkgever weinig of geen ondersteuning op dat vlak.

Dat heeft aanzienlijke gevolgen. In de zeven landen waarin het onderzoek werd uitgevoerd heeft gemiddeld bijna de helft van de respondenten (47%) de afgelopen twaalf maanden overwogen om ontslag te nemen. In Nederland is dat zelfs 58%. Niet zo handig op het moment dat er in Europa meer dan 200.000 vacatures voor vrachtwagenchauffeurs openstaan…

“De Europese economie is sterk afhankelijk van bestuurders van commerciële voertuigen, maar stress drijft hen weg uit de sector en brengt de verkeersveiligheid in gevaar,” zegt Edward Kulperger, Senior Vice President van Geotab EMEA. “Chauffeurs hebben te maken met aanzienlijke werkgerelateerde stress, observeren dagelijks gevaarlijk rijgedrag en staan vaak onder druk van hun werkschema’s. Desondanks zien velen zich niet gesteund door hun werkgever of voelen ze zich ongemakkelijk bij het zoeken naar hulp. Net hetzelfde bleek uit een gelijkaardige enquête die we in Noord-Amerika hebben uitgevoerd. Aangezien bijna de helft overweegt om te stoppen – en dat terwijl er al een enorm tekort is aan chauffeurs – moeten werkgevers dringend betere ondersteuning bieden op het gebied van mentale gezondheid.”

Technologie ten goede gebruiken

De resultaten van het onderzoek illustreren duidelijk de noodzaak van investeringen in de ondersteuning van chauffeurs, in stressmanagement en het bevorderen van een cultuur van veiligheid. Daardoor kunnen ook heel wat ongevallen worden vermeden. Dat bespaart niet alleen veel menselijk leed, maar levert de onderneming ook een aanzienlijke besparing op in de kosten voor verzekeringen, reparaties en stilstand.

The current cars with start numbers #60 and #61 are registered for the entire FIA WEC season in the LMGT3 class. The Mercedes-AMG LMGT3 #60 will be driven by Italian trio Matteo Cairoli, Matteo Cressoni and Claudio Schiavoni – all three have competed at Le Mans on multiple occasions. The Mercedes-AMG LMGT3 #61 will be driven by Martin Berry (AUS), who made his FIA WEC debut with Iron Lynx at Spa-Francorchamps and Lin Hodenius (NED) – who, at 18, is the youngest driver on the grid for the 2025 24 Hours of Le Mans. The line-up is completed by experienced Mercedes-AMG Performance Driver Maxime Martin from Belgium. The third car with start number #63 qualified for the championship last year via the European Le Mans Series (ELMS). The father-son duo Stephen and Brenton Grove (both AUS) will be joined by Mercedes-AMG Performance Driver Luca Stolz (GER). It will be the first Le Mans start for the two Australians. Luca Stolz already competed in the endurance classic at La Sarthe in 2018.

Mercedes-AMG Customer Racing Line-up*

No. Team Driver Class
60 Iron Lynx Matteo Cairoli (ITA)
Matteo Cressoni (ITA)
Claudio Schiavoni (ITA) LMGT3
61 Iron Lynx Martin Berry (AUS)
Lin Hodenius (NED)
Maxime Martin (BEL) LMGT3
63 Iron Lynx Brenton Grove (AUS)
Stephen Grove (AUS)
Luca Stolz (GER) LMGT3
* Subject to change at short notice.

Design homage to Sauber-Mercedes C9
The three cars will make a visual statement at the 2025 24-hour race. The design is a direct homage to the legendary Sauber-Mercedes C9, which scored a double victory at the Circuit de la Sarthe in 1989. The livery is based on the design used back then and is modelled on the original – from the silver base colour to colour-coded side mirrors, which were once used to quickly distinguish between the cars on the track.

Figures, Datas, Facts

Circuit de la Sarthe
– Length: approx. 13.626 kilometres
– Track layout: approx. 9 kilometres of original public road, approx. 4.5 kilometres of permanent race track
– Number of corners: 38
Last race for the brand with the star in Le Mans: 1999
First Le Mans start for Iron Lynx: 2020 in the LMGTE-Am-class
At the start of 2021, the team with Matteo Cressoni (ITA), Callum Ilott (GBR) and Rino Mastronardi (ITA) took third place in the LMGTE-Am-class.
#60
– Matteo Cairoli: has competed in the 24 Hours of Le Mans every year since 2017 – 2025 will be his ninth start
– Matteo Cressoni: seven appearances in Le Mans between 2015 and 2024, with Iron Lynx since 2021 – 2025 will be his eighth start //Best result: 3rd place in the LMGTE-Am-class (2021; Ferrari 488 GTE Evo)
– Claudio Schiavoni: at Le Mans without interruption since 2019, with Iron Lynx since 2020 – 2025 will be his seventh start
#61
– Martin Berry: Le Mans debut in 2025
– Lin Hodenius: Le Mans debut in 2025, also the youngest driver in the field
– Maxime Martin: Le Mans starts in 2011 to2013, 2018 to2021, 2023 and 2024 – 2025 will be his tenth start // Best result: 1st place in the GTE Pro class (2020; Aston Martin Vantage AMR)
#63
– Brenton Grove: Le Mans debut in 2025
– Stephen Grove: Le Mans debut in 2025
– Luca Stolz: First start in the 24 Hours of Le Mans in 2018 (3rd place in the LMGTE-Am-class; Ferrari 488 GTE) – 2025 will be his second start

“For Mercedes-AMG, the start of the 24 Hours of Le Mans is a significant moment – 26 years after the brand with the star last competed. In 1989, Mercedes-Benz celebrated a major success with a one-two victory. We are paying tribute to the legendary Sauber-Mercedes C9 and this triumph from back then in a very special way. The three Mercedes-AMG LMGT3 represent the present in Customer Racing, but with their special Silver Arrow design inspired by the past, they also pay tribute to a piece of history. I am delighted that we are able to continue this history at Le Mans.”
Christoph Sagemüller, Head of Mercedes-AMG Motorsport

“The FIA WEC project and the collaboration with Iron Lynx have been intense from the very beginning. We are very proud of where we are right now, because there is a clear trend and a continuous learning curve. We can build on this foundation and continue to develop. A race like the 24 Hours of Le Mans is not just about fast lap times, but also about the perfect cooperation between the team, technology and drivers. That will also be an intense task, but one that we are looking forward to.”
Stefan Wendl, Head of Mercedes-AMG Customer Racing

“I really like everything about Le Mans. Even the traditional drivers’ parade a week before the start, with thousands of fans, is an absolute highlight and shows how important this race is. In 2025, I will be taking part in the 24-hour race for the ninth time. My clear goal this year is to drive a flawless, strong race. And of course, I personally dream of standing on the podium at Le Mans one day. The fact that Mercedes-AMG is bringing the brand back to La Sarthe after 26 years is something very special. We definitely want to give this return the recognition it deserves.”
Matteo Cairoli, Iron Lynx #60

“The feeling to start in Le Mans is always special – it is a special track and a special event. Le Mans is one of the biggest races in the world. With the team we try to prepare ourselves as best as we can. We are getting better and better from race to race and getting to know the car even more. Even when it’s the first time for my teammates in Le Mans, we are much looking forward to it. The cars are a homage to 1989 is a wonderful gesture as this period is a huge part of the history of the brand. It’s an honor to be part of the line-up as a Mercedes-AMG Performance Driver.”
Maxime Martin, Iron Lynx #61

Achim Puchert, CEO of Mercedes-Benz Trucks: “Our goal is to drive the industry’s decarbonization at high speed by electrifying more and more transport applications. The areas of application and thus the needs of our customers for battery-electric trucks are very diverse, especially with regard to payload and range. With the new variants, which will build on the strengths of the eActros 600, we want to offer our customers the best from the Mercedes-Benz Trucks modular system and support them in managing their transport solutions with battery-electricity and economically.”

The expanded portfolio will include, for example, semitrailer tractors and platform chassis with additional wheelbases, variants with two battery packs as well as alternative long cab variants of the proven Actros design in different roof shapes.

Mercedes-Benz Trucks has had electric trucks in its portfolio since 2021. Initially, the eActros 300/400 was introduced as the first battery-electric vehicle for heavy-duty distribution haulage, followed just a year later by the eEconic, which was predestined for use in municipal waste disposal transport. Series production of the second model generation of electric trucks from Mercedes-Benz Trucks with the new battery-electric flagship eActros 600 started at the end of 2024. From 2026, a small series of the new eArocs 400 for urban construction haulage, recently presented at Bauma 2025, will be launched. The eArocs 400 also adopts essential components from the eActros 600. These include among others the front box and the LFP-batteries.

As part of the expansion of the battery-electric truck portfolio, production of the first-generation eActros 300/400 will be discontinued by the end of the year. Production of the eEconic remains unaffected by this and will continue.

About the eActros 600

Mercedes-Benz Trucks celebrated the series launch of the eActros 600 at the end of November last year at the Mercedes-Benz plant in Wörth. Deliveries to customers began in December 2024. The electric flagship among Mercedes-Benz Trucks has already proven its capabilities several times under real-life conditions: In customer use and as part of the “eActros 600 European Testing Tour 2024”, a 15,000-kilometer all-electric development trip through a total of 22 countries and the “European Testing Tour Winter 2025” on around 6,500 kilometers through Northern Europe, each with a gross combination mass of 40 tons. In addition, the e-truck was voted “International Truck of the Year 2025”. The award is the most important prize in the industry and is presented annually by the International Truck of the Year (IToY) organization, consisting of 24 commercial vehicle journalists from Europe. The overall technological concept consisting of an electric drive axle and LFP cell technology was decisive for the award.

The high battery capacity of over 600 kilowatt hours – hence the model designation 600 – and a new, particularly efficient electric drive axle developed in-house enable the electric truck to achieve a range of 500 kilometers[1] without intermediate charging. This range is accomplished under very realistic and practical conditions with a gross combination mass of 40 tons, which can also be significantly exceeded depending on the driving style and the route. The eActros 600 will even be able to cover well over 1,000 kilometers per day. Intermediate charging during statutory driver breaks makes this possible, provided that charging options are available.

The eActros 600 has three battery packs, each with 207 kWh[2]. These offer an installed total capacity of 621 kWh. The batteries are based on lithium iron phosphate cell technology (LFP) and are characterized by a long service life. In contrast to other battery cell technologies, more than 95 percent of the installed capacity can also be used with LFP technology. This enables a higher range with the same amount of installed battery capacity. The vehicle is technically designed for a gross combination mass of up to 44 tons. With a standard semitrailer, the eActros 600 has a payload of around 22 tons in the EU. In some cases, national law may allow a higher payload.

About the need for charging infrastructure and the activities of Daimler Truck

For the fastest possible ramp-up of locally CO2-neutral road freight transportation with battery-electric trucks, the charging infrastructure is one of the pivotal points. However, there is still a lot to catch up on. There are currently fewer than 1,000 charging points for heavy commercial vehicles across Europe. To at least partially compensate for the existing deficit, Daimler Truck announced a concept for its own semi-public charging network in March of this year. It is planned to extend to over 3,000 fast charging points in Europe by 2030, making it the largest in Europe. The new semi-public charging option for electric trucks, as a solution provided by the Daimler Truck brand TruckCharge, is intended to enable depots to open their charging infrastructure for third-party paid use. This is planned to be a supplement to the public charging services offered by Milence, among other providers. Milence was founded in July 2022 as a joint venture between Daimler Truck, the TRATON GROUP and the Volvo GROUP and has set itself the goal of setting up and operating 1,700 high-performance public charging points in Europe by 2027.

Managing Director Scania Production Zwolle Peter Magnusson nam persoonlijk het voertuig aan het eind van de productielijn in ontvangst. Daar droeg hij de drie-assige trekker direct over aan Janko van der Baan, Managing Director van Scania Nederland. De truck zal volledig in-house door de Central Delivery Workshop worden opgebouwd tot een ‘dikke’ showtruck die op 26 juli a.s. op het Truckstar Festival gepresenteerd zal worden.

Verdubbeling van de groei

In 1964 liep de eerste in Nederland geproduceerde Scania van de lijn. In 1988 was het de beurt aan de 100.000ste truck van Nederlandse bodem. De vraag naar Scania vrachtwagens bleef gestaag groeien, waardoor al in 1996 een verdubbeling van dat aantal werd bereikt. De populariteit van het Scania-merk is dermate groot dat 10 jaar na de 200.000ste truck opnieuw een verdubbeling in de productie-aantallen is bereikt. In 2010 werd een nieuwe mijlpaal bereikt met de productie van het 500.000ste Zwolse Scania chassis. Nu, 15 jaar later, is ook deze productie weer verdubbeld met het bereiken van het miljoenste chassis.

Grootste Scaniafabriek ter wereld

Scania Production Zwolle was de eerste Scaniafabriek in Europa buiten Zweden. Inmiddels is de fabriek uitgegroeid tot de belangrijkste hoogvolume assemblagefabriek binnen de gehele internationale Scaniaorganisatie. In Zwolle worden aanzienlijk meer Scania’s geproduceerd dan in Scandinavië. De twee productielijnen – Castor en Pollux genaamd – zijn goed voor een maximale dagelijkse productie van 240 chassis. De fabriek staat voor ca. 40% van de totale Scaniaproductie en vormt daarmee een belangrijke schakel in de hele productieketen.

Hoogwaardig logistiek proces

Giovanni Crepaldi, Vice President, FPT Industrial Sales & Marketing, stated: “Today we celebrate our long-standing partnership with Mitsubishi FUSO, part of Daimler Truck Asia, dating back to 2007. Since then, our engines have powered FUSO vehicles, enhancing their performance, efficiency and sustainability. Both FPT Industrial, as a global leader in engine manufacturing, and FUSO, as an icon in the Japanese commercial vehicles industry, have evolved as companies over the years, strengthening their positions in the market while continuing to focus on the excellence of their offerings. Along this parallel path, our collaboration has remained a constant. We are proud not only to supply FUSO, but to share with it our values and our vision of the present and the future of on-road transportation.”
Fabio Guerrisi, Head of On-Road Sales at FPT Industrial, commented: “FUSO represents a crucial and valued customer for FPT Industrial within the on-road segment. In this partnership, we have leveraged our expertise and world-leading engine development capabilities to deliver solutions renowned for their power, reliability, robustness, and innovation, meeting the diverse needs and requirements of end users.”
The F1C is the flagship of FPT Industrial’s F1 engine family, designed for light commercial vehicles and minibuses, with over 5 million units sold since 2003. FPT Industrial is the only manufacturer to offer two engines in this segment: alongside the 3-liter F1C – also available in a natural gas version – is the 2.3-liter F1A.
The F1C engine is the culmination of the brand’s experience and heritage. Since its launch on the market, it has been conceived as a global engine – produced in FPT Industrial plants located in Europe, South America and Asia – for a global customer base. The strength of the F1C lies in its “industrial DNA”, which makes it a unique model in the market, as all other main engines in its category originate from passenger car derivatives.
With over two million units sold since 2003 and compliant with every emission standard, the F1C boasts best-in-class performance, with power outputs up to 152 kW (207 hp), together with the best transient response in its category thanks to electronically controlled variable geometry turbochargers (eVGT), delivering up to 470 Nm of torque at 1,400 rpm/min. Available for both transverse and longitudinal installation, the F1C can be customized on request, with options including radiator, air filter, oil pan, dipstick, alternator, and other components. The ATS system with dual SCR, optimized for urban missions with reduced load and low exhaust temperatures, as well as for suburban use, enables lower CO2 emissions.

The new fire service vehicle is based on a Mercedes-Benz Arocs 1846L. The two-axle chassis with 4×2 drive and air-sprung rear axle impresses with its powerful performance and state-of-the-art technology. With a permissible gross vehicle weight of 18 tonnes and an engine output of 455 hp (335 kW), the vehicle is optimally equipped for demanding operations.

What makes the vehicle particularly special is the automated Mercedes PowerShift 3 Advanced twelve-speed transmission, which features a special drive program for fire service vehicles. The Arocs is equipped as standard with a range of assist and safety systems that offer the driver, crew and other road users a high level of comfort and safety and partly exceed the legal requirements. In addition to the anti-lock braking system (ABS) and anti-slip regulation (ASR), these include, for example, the ESP Stability Control Program or the latest-generation Active Brake Assist (ABA) with pedestrian and cyclist detection. The Multimedia Cockpit Interactive features a central driver display and an additional touchscreen for intuitive control of driving and vehicle body functions.

The body of the vehicle comes from the manufacturer WISS and combines functionality and comfort. The crew compartment is integrated into the body and offers four seats with holders for breathing apparatus. It is seamlessly connected to the air-conditioned driver’s cab, which features two additional seats.

In the rear body there are two extinguishing agent tanks – a 4,000-litre water tank and a 240-litre foam agent tank – both with electronic level indicators. The installed Ruberg EH30 pump achieves a capacity of 2,000 litres per minute at 10 bar in low-pressure operation and 250 litres per minute at 40 bar in high-pressure operation. For quick deployment, the vehicle is equipped with a high-pressure hose reel (60 m DN25 hose) and a Protek 236 nozzle.

Six lockable equipment cabinets – three on each side of the vehicle – offer sufficient space for fire service accessories. An automatic high-pressure underbody protection, a front spray bar, RAMSEY cable winch (tractive force: 50.7 kN), high-performance roof monitor, telescopic light tower and a camera system for all-round monitoring of the vehicle provide additional operational capability.

Inmiddels zijn we jaren verder, en is het Tekno Event uitgegroeid tot een waar fenomeen. Bezoekers uit binnen- én buitenland weten De Lier te vinden voor een dag vol sfeer, indrukwekkende voertuigen en bijzondere ontmoetingen. Zo populair zelfs, dat er speciaal shuttlevervoer vanaf Schiphol geregeld wordt.

Voor het personeel van Tekno is het een bijzondere dag waarop iedereen samenwerkt en opnieuw voelt waar het merk voor staat: passie, vakmanschap en een hechte community. En die passie delen we graag met jou.

Tekno Event 2025 – dit kun je verwachten:

Een gezellig horecaplein met hapjes en drankjes
Zelf vrachtwagen rijden met alleen een B-rijbewijs
De Asfalt Rockers met een extra grote baan voor afstand bestuurbare trucks
Gratis kindervermaak: stormbaan, springkussen en schminken
Mee rijden in een showtruck – voor het goede doel
Vanaf 15:00 uur: livemuziek van een zanger
Decibellen contest op verschillende plekken op het terrein
Om 17:00 uur: een indrukwekkende uitrijparade
Influencers zoals Martijn Kuipers, Fabienne van der Pol en TowTruckTim zijn de hele dag aanwezig
Een bezoek aan het Tekno Museum, waar je de geschiedenis van het merk ontdekt

En psst… we hebben nog een verrassing in petto. Wat het is? Dat houden we nog even voor ons, maar leuk wordt het sowieso!

Praktische informatie:
Datum: Zaterdag 7 juni 2025
Tijd: 10:00 – 17:00 uur
Locatie: Coldenhovelaan 8, De Lier
Toegang: Gratis
Meer info & programma: www.tekno.nl/tekno-event-2025

“Two-shift operation is necessary,” emphasizes Managing Director Andre Wessels. “It makes the deployment economical for us; in our case, the fixed costs would be too high in single-shift operation.” At the end of February, the company added its first two eActros 600 semitrailer tractors to the fleet. Another eActros 600 will soon be launched as a tandem articulated train and will operate regular scheduled services on behalf of a logistics service provider. Further electric trucks are on the way, including an eActros 300 as a 26-tonne truck and another eActros 600 semitrailer tractor. The charging infrastructure is ramped up synchronously with the ramp-up of the battery-electric vehicle fleet: By the end of June, it will be in operation and enable highly efficient depot charging.

Lithium iron phosphate batteries enable higher charging capacities and storage capacities

According to the 45-year-old freight forwarder who runs the company in the fourth generation, the decisive factor for the purchase of the Mercedes-Benz electric trucks was the overall package. One thing particularly convinced him about the eActros 600: the new battery technology, as the lithium iron phosphate batteries enable to achieve higher charging capacities and storage capacities. The eActros 600 has three battery packs each with 207 kWh. They offer an installed total capacity of 621 kWh[1]. The logistics company from North Rhine-Westphalia, which is celebrating its 140th anniversary this year, has been relying on trucks with the star for many years. Around 70 of the company’s more than 100 vehicles come from Mercedes-Benz. The authorized dealer in Bocholt is only five kilometers away. “The aftersales service has completely adapted to us, the communication works flawlessly,” reports the company boss.

Wessels: “One of the major challenges of electric mobility in heavy-duty transport is the availability of suitable charging points. We can imagine giving other fleet operators access to our charging stations, which are currently still under construction. I am convinced that the logistics industry can help each other overcome the energy and drive transition. Against this background, we very much welcome Daimler Truck’s plans to establish a semi-public charging network in Europe, which includes charging points at dealers as well as charging points at logistics companies. What makes it so special: Logistics centers are usually located very conveniently on the main traffic axes, so that the routes to them are limited. In addition, logistics centers usually also have parking spaces – here too, the industry could support each other even more strongly.”

With TruckCharge, Daimler Truck aims to establish a Europe-wide charging network for electric trucks

Under the brand name TruckCharge, Daimler Truck bundles its offerings around the e-infrastructure and charging of electric trucks. This includes consulting, setting up the charging infrastructure and its operation. Under the TruckCharge brand, the aim is also to set up a Europe-wide charging network for electric trucks that involves both the more than 1,000 dealers and interested customers of Mercedes-Benz Trucks in order to also open up their charging infrastructure to third parties and thus achieve better utilization.

Martin Hink, Head of eMobility/H2 Business Solutions Mercedes-Benz Trucks: “We are very pleased that Wessels Logistik is one of the first customers of our eActros 600 to want to integrate its charging infrastructure into our charging network in the future.” The semi-public charging network is scheduled to start in the third quarter of 2025 and be as easy to use as possible. Transport companies or their drivers should be able to conveniently plan, reserve and book their charging processes in advance.

Wessels Logistik is currently building up the charging infrastructure at full speed. The company is converting from low voltage to medium voltage with a grid capacity of 500 kW. Four charging stations with an output of 400 kW each are planned. A photovoltaic system with 530 kW peak is installed on the roof of the hall, and the logistics company is also commissioning a battery storage system with a storage capacity of 1,288 kWh. It can store self-generated solar power in it and thus also charge it when the sun is not shining.

According to the new German coalition agreement, electric trucks will be exempt from tolls beyond 2026

After all, the vehicles are on the road around the clock – and that’s what makes Wessels Logistik so special. This reduces downtime and increases efficiency. With one roundabout each during the day and one at night, the two electric trucks achieve mileage that correspond to those of diesel long-haul trucks. This makes economical use possible. Because the longer the truck is on the road and the more kilometers it drives, the greater the positive effect on operating costs. Wessel’s logistics department saves truck tolls, as zero-emission trucks are exempt from tolls in Germany until the end of the year. According to the coalition agreement of the new German Federal Government, zero-emission trucks are to be allowed to drive toll-free in Germany beyond 2026. As a result, the vehicles bring joy not only to the drivers, but also to the company boss.

During the day, the vehicles for the building materials industry, for example, transport door leaves and frames, and at night on fixed lines consignments of general cargo for a general cargo cooperation. One eActros 600 has a longer day trip and a slightly shorter night trip. The daily mileage is around 350 kilometers. A further 220 kilometers are driven at night when the vehicle drives to the Düsseldorf regional hub of the general cargo cooperation. The opposite is true for the other eActros 600: He has a proud 560 kilometers to cover at night when he sets off to the cooperation’s central hub in Homberg/Efze. The cooperation plans to set up charging stations there. Until these are available, the electric truck must temporarily charge at a public charging infrastructure on the road. This is currently happening in the Knüllwald in the German region Hesse, with public charging infrastructure. Compensating for its long night-time trip, the truck is more protected during the day and covers trips with a range of around 200 kilometers. If you add up the distances for day and night, you get a total of 570 or 760 kilometers within 24 hours. The electric trucks are therefore real endurance runners at Wessels Logistik.

Although scheduling was a bit more demanding at the beginning, the entire team is behind the company’s electrification strategy. “The drivers are convinced of the eActros 600, like to drive it and don’t want to get down at all,” reports the Managing Director. He himself also liked the vehicles. The only drop of vermouth left: “When it comes to weight-sensitive transport, e-mobility is still reaching its limits, as the compensation granted by the legislator to 42 tons of permissible gross vehicle weight is not enough to compensate for the additional weight of the batteries.” And of course, the technology-enthusiastic haulier also wanted to gather his own experiences: Andre Wessels completed the maiden trip with the electric flagship himself – a fully loaded long-distance tour to and from Karlsruhe, a total of around 930 kilometers.

Wessels Logistics

This year, the logistics service provider from Rhede in the Münsterland region is turning 140 years old. Founded in 1885 by Alois Wessels, the company has been run by Andre Wessels in the fourth generation since 2008. Wessels Logistics includes the companies August Wessels and Wessels Cargo. August Wessels specializes in waste and bulk goods transport. For many years, the company has also operated system transports for a large logistics service provider. Wessels Cargo, on the other hand, focuses on general cargo transport, partial and complete loads and logistics activities. A total of 185 employees work for Wessels Logistik. The company also operates its own workshop as well as logistics and recycling activities on an area of 50,000 square meters. Around 70 of the more than 100 own trucks come from Mercedes-Benz.

Transmission and capacity upgrades

The ManualDrive option, a 12F/12R transmission (or 20×20 with creeper), comes with an electronic clutchless power shuttle that can be modulated for response speed, easing operator strain and making these tractors particularly suited to loader work. A maximum rear tyre size of 540/65 R38 can now be specified to maximise grip and field performance for tillage, planting and heavy-duty applications.

To further enhance these tractors’ suitability for loader work, both transmission versions feature the new ActiveClutch, which disengages the connection between engine and transmission when the footbrakes are pressed, helping reduce operator fatigue and improve ease of use, particularly for less experienced users. Available factory-fitted, the new Case IH L635 loader lifts 2.0t to 3.8m, and is available with an auto-locking, fast multi-coupler for loader services, mechanical self-levelling and a third function.

Heavy-duty performance in a utility package

While retaining compact dimensions, new Farmall C models benefit from enhanced capabilities thanks to higher-capacity components. A higher-flow 82 l/min pump increases hydraulically-driven implement performance and responsiveness. Heavier implement handling and haulage is also boosted by a higher 7.0t permissible gross vehicle weight that permits greater payloads for improved efficiency.

New levels of technology, comfort and ergonomics

A new digital instrument panel with adaptive lighting makes tractor data easier to read throughout the day. At night and in low-light conditions, new LED lighting options maximise all-round vision.

Van pionier met budgetauto’s tot marktleider in duurzame mobiliteit
Met de slogan “Kia rijdt een klasse rijker” zette het merk zich in 1993 neer als een prijsbewust alternatief. In het eerste jaar werden 143 Sephia’s verkocht. Kia stond op plek 34 van de Nederlandse verkoopranglijst – boven Porsche, onder FSO. Toen de Sephia in 2001 plaatsmaakte voor zijn opvolger, de Kia Cerato, stond de teller op 3.193 verkochte exemplaren. In 1994 breidde Kia het aanbod uit met de Sportage, één van de grondleggers van het SUV-tijdperk. De eerste generatie was nog een echte ‘terreinwagen’, met reservewiel op de achterklep en standaard vierwielaandrijving.



Van het grote aantal modellen dat Kia sinds 1993 in Nederland introduceerde, springen er drie uit als echte publieksfavorieten. De Picanto voert de lijst aan met 160.126 registraties, gevolgd door de Niro met (72.050 exemplaren). Deze veelzijdige Kia was de best verkochte auto van Nederland in 2020 en 2021 en de op één na best verkochte in 2024. De Sportage is met 54.782 stuks het succesnummer in het SUV-segment. Ook modellen als de Rio, Stonic, Ceed, Sorento en Carens speelden een grote rol in de groei van het merk.



Met de baanbrekende elektrische modellen als de EV6, EV9 en EV3 bewees Kia zich opnieuw als pionier in het veranderende mobiliteitslandschap. De nieuwste EV’s van Kia zijn niet alleen grote verkoopsuccessen, maar krijgen ook internationaal erkenning met gerenommeerde prijzen. Zo was de EV6 de Europese Auto van het Jaar in 2022 en zijn zowel de EV9 als EV3 uitgeroepen tot World Car of the Year van respectievelijk 2024 en 2025. Door continu in te spelen op de tijdgeest en vooruit te denken, vindt Kia zichzelf keer op keer opnieuw uit, met steeds meer impact.

Nieuwe mijlpalen in 2025


De marktleider in 2022 en 2024 zet ook in 2025 de toon. Kia passeerde dit jaar voor het eerst de grens van 10.000 registraties in een eerste kwartaal. In de eerste vier maanden van dit jaar bezette Kia de volledige top drie van bestverkochte auto’s: de nieuwe EV3 leidt met 4.872 registraties, gevolgd door de Picanto (2.630) en de Niro (2.444).



Ook de rest van 2025 ziet er voor Kia veelbelovend uit met de introducties van de EV6 GT, de EV9 GT en de volledig nieuwe EV4 en EV5. Een ander hoogtepunt dit jaar was de lancering van de baanbrekende PV5, de eerste elektrische bedrijfswagen van Kia op basis van het Platform Beyond Vehicle (PBV) waarmee Kia de bedrijfswagenmarkt gaat betreden.



Volvo Trucks zal in het tweede kwartaal van volgend jaar een nieuwe elektrische truck voor lange afstanden introduceren: de Volvo FH Aero Electric met e-as. Nu worden de eerste foto’s en details over deze nieuwe elektrische vrachtwagen alvast onthuld en kunnen klanten een pre-order ondertekenen voor de aanschaf ervan.

De nieuwe FH Aero Electric met e-as is ontworpen voor transportopdrachten waarbij grotere afstanden worden afgelegd – een segment dat verantwoordelijk is voor een groot deel van de CO2-uitstoot van goederenvervoer en dat tot nu toe moeilijk te elektrificeren was. De nieuwe truck kan tot 600 kilometer* op één acculading elektrisch rijden en beschikt standaard over de mogelijkheid om de accu’s extra snel op te laden.

De grotere actieradius van Volvo’s nieuwe elektrische truck wordt mogelijk gemaakt door de nieuwe aandrijftechnologie, de zogenaamde e-as. Daardoor ontstaat ruimte voor meer accu’s. De nieuwe FH Aero Electric kan uitgerust worden met maximaal acht accupakketten, met een totaal geïnstalleerd vermogen van 780 kWh.

“Dit is een doorbraak in emissievrij transport. Transportbedrijven kunnen hiermee echt lange afstanden afleggen met elektrische vrachtwagens, zonder concessies te doen aan productiviteit”, zegt Roger Alm, president Volvo Trucks. “Elektrische vrachtwagens in langeafstandstransport zullen een belangrijke bijdrage leveren aan het verminderen van de CO2-uitstoot in onze industrie. Dit is positief nieuws voor transportbedrijven en voor de samenleving.”

Snelladen in 40 minuten

In de Volvo FH Aero Electric met e-as kunnen de accu’s sneller worden opgeladen door gebruik van MCS (Megawatt Charging System). Het opladen van de accupakketten duurt zo’n 40 minuten (van 20 tot 80%), wat betekent dat dit binnen de wettelijk voorgeschreven rustperiode voor vrachtwagenchauffeurs binnen de EU kan worden gedaan. De maximaal binnen de rijtijden te behalen afstand kan zo volledig elektrisch worden gereden. Dit vergroot de inzetbaarheid van de truck en maakt elektrisch rijden op langeafstandstransporten mogelijk.

Extra as voor betere gewichtsverdeling

De nieuwe elektrische vrachtwagen heeft een laadcapaciteit die dichtbij die van een conventionele dieselvrachtwagen ligt. Dit is mogelijk dankzij een extra ondersteunende naloopas (6×2-asconfiguratie) waardoor ruimte ontstaat voor meer accu’s aan boord en voordelen biedt op het gebied van gewichtsverdeling, rekening houdend met het gewicht van de extra batterijen in combinatie met zware trailers. Hierdoor is er ook bij deellading minder risico op overschrijding van de aslasten.

In grensoverschrijdend verkeer mag een elektrische truck nu al twee ton meer wegen om het zwaardere eigen gewicht van een elektrische vrachtwagen te compenseren. De verwachting is dat dit in de toekomst zal worden verruimd naar vier ton.

Breed aanbod, veel ervaring

De nieuwe elektrische truck is een belangrijke aanvulling op het al brede aanbod van elektrische trucks en diensten van Volvo Trucks. De diensten omvatten onder andere ondersteuning bij het kiezen van de juiste route om te elektrificeren, het faciliteren van efficiënt opladen van elektrische vrachtwagens en gedetailleerde data van de prestaties van de elektrische truckvloot.

“We hebben het meest complete aanbod van elektrische transportoplossingen in de industrie en meer dan vijf jaar ervaring in het ondersteunen van duizenden klanten, groot en klein, om de overstap naar elektrisch te maken. Volvo Trucks is dé partner voor transportbedrijven die met hun verduurzamingsreis willen beginnen of daarin willen doorpakken”, zegt Roger Alm.

Een wereldleider in elektrische trucks

Volvo Trucks is een wereldleider in middelzware en zware elektrische vrachtwagens met een aanbod van acht verschillende batterij-elektrische truckmodellen. Het brede productassortiment van Volvo maakt het mogelijk om stadsdistributie, regionaal en nationaal transport, bouw, het reinigingssegment en nu dus ook langeafstandstransport te elektrificeren. Volvo Trucks begon in 2019 met de serieproductie van elektrische vrachtwagens en heeft er tot nu toe meer dan 5.000 geleverd aan klanten in 50 landen over de hele wereld.

Volvo’s drie pijler-strategie naar nul uitstoot

Volvo Trucks leidt de transitie naar fossielvrij transport om tegen 2040 het doel van netto-nul uitstoot te bereiken met behulp van een drie pijler-strategie. Deze strategie is gebaseerd op batterij-elektrisch, brandstofcel-elektrisch en verbrandingsmotoren die op hernieuwbare brandstoffen rijden, zoals groene waterstof (geproduceerd door water te splitsen in waterstof en zuurstof met behulp van hernieuwbare elektriciteit), biogas (bio-LNG) of biodiesel en HVO (Hydrotreated Vegetable Oil).

Lang voor de Lupo 3L met zijn drie-liter belofte verscheen, experimenteerde Volkswagen al met extreem zuinige techniek – in een Polo. In 1987, nog vóór elektrisch rijden, BlueMotion-labels of start/stop-techniek, bracht Volkswagen de Öko-Polo op de wereld. De naam mocht dan luchtig klinken, maar de missie was bloedserieus; hoever kun je gaan met brandstofbesparing zonder afbreuk te doen aan het idee van een volwaardige auto? Antwoord: verrassend ver.

Op basis van de tweede generatie Polo 86C ontwikkelde Volkswagen samen met de onafhankelijke ontwikkelingspartner Berliner Ingenieurgesellschaft Auto und Verkehr (IAV) een technisch vooruitstrevend prototype. Op het oog week hij nauwelijks af van de Polo II ‘Steilheck’, de driedeurs hatchback met z’n opvallend rechte kont Alleen een regenboogkleurige striping langs de flanken verried dat er iets bijzonders schuilging onder het verder keurig in Alpinweiss gespoten plaatwerk – een ingetogen knipoog naar de vooruitstrevende techniek binnenin.

Hittebestendig schuim
Want onder de motorkap was alles anders. Voor de Öko-Polo ontwikkelde Volkswagen een compleet nieuwe dieselmotor: een tweecilinder met 858 cc, speciaal gebouwd voor maximale efficiëntie. In standaardmodus perste hij er 27 pk uit. Maar wie het gaspedaal dieper intrapte, kreeg hulp van een mechanische G-lader – bekend uit de sportieve Polo G40 – waarmee het vermogen steeg tot 40 pk. Omdat een in-lijn geplaatste tweecilinder dieselmotor van nature meer trillingen veroorzaakt dan motoren met meer cilinders, zeker bij lage toerentallen, kreeg het blok een balansas en werd hij ingepakt in een dikke laag hittebestendig schuim. Esthetisch misschien niet de elegantste oplossing, maar wel doeltreffend: het dempte de vibraties effectief.

De Polo-motor was al met al stil, bescheiden en briljant efficiënt: zo verbruikte de Öko-Polo in het dagelijks verkeer gemiddeld tussen de 3,0 en 3,5 liter per 100 kilometer. Tijdens een verbruikstest van 1.500 kilometer – van Wolfsburg naar Zuid-Frankrijk, met de Alpen als extra hindernis – wist het technische team van Volkswagen het gemiddelde terug te brengen tot 1,7 liter per 100 kilometer. Geen PR-stunt, maar meetbare realiteit – eind jaren tachtig.

Ook qua uitstoot was deze bescheiden Polo zijn tijd ver vooruit. De motor beschikte over een geavanceerd systeem voor uitlaatgasrecirculatie, elektronisch aangestuurd en afgestemd op een zo schoon mogelijke verbranding. Ook bijzonder: het roetfilter reinigde zichzelf met behulp van een speciaal ijzeroxide-additief – techniek die pas jaren later gemeengoed zou worden. Bovendien beschikte deze Polo over een vroege vorm van start/stoptechnologie: zodra je van het gas ging, schakelde de motor zichzelf uit, waarna de Polo stil en zonder motorrem verder ‘zeilde’. De ‘Schwungnutzautomatik’, zoals de Oosterburen het systeem noemden, was feitelijk een vroege vorm van de zeilfunctie die je vandaag in menig hybride of automaat tegenkomt – alleen dan met minder elektronica.

Bij de nonnen
De Öko-Polo bleef een experiment. In totaal bouwde Volkswagen zo’n vijftig exemplaren, waarvan een deel in dienst kwam bij de Berliner Verkehrsbetriebe en liefdadigheidsinstellingen. In Berlijn was één exemplaar tot 1992 in gebruik bij nonnen, die de auto dagelijks gebruikten om warme maaltijden mee rond te rijden voor daklozen – stil, zuinig en dienstbaar tot de laatste druppel. Een ander bevindt zich in handen van een verzamelaar, die bij elke draai aan het contact hoopt dat de unieke, dubbelgetande distributieriem van zijn prototype het nog even volhoudt – nieuwe zijn er namelijk niet meer. Naar schatting bestaan er vandaag nog negen of tien exemplaren, vrijwel allemaal in Duitsland. Voor zover bekend is er nooit een Öko-Polo in Nederland beland – maar zeg nooit nooit in het wereldje van eigenzinnige verzamelaars.

Stap richting een duurzame toekomst

De nieuwe elektrische trekker wordt ingezet op een voorlaadtraject voor Dow, een strategische klant op slechts 15 kilometer afstand van de thuisbasis in Sas van Gent. De korte afstand en de mogelijkheid tot laden op het eigen terrein maken dit traject ideaal om ervaring op te doen met elektrisch rijden.

“We geloven dat deze stap niet alleen bijdraagt aan een schonere toekomst, maar ook aan waardevolle kennisopbouw binnen onze organisatie,” vertelt Manon van Opdorp, directeur-eigenaar en vierde generatie in het familiebedrijf. “Het initiatief komt volledig uit eigen beweging. Tijdens een 4STAR-event ontstond het idee, dat we samen hebben uitgewerkt tot een volwaardige business case. Niet opgelegd, maar geboren uit oprechte motivatie en ondernemerszin.”

Mens en techniek in balans

Bij Van Opdorp Transport staat de mens centraal, ook bij grotere investeringen. Hoewel de keuze voor voertuigen gebaseerd is op een gedegen Total Cost of Ownership (TCO)-analyse, wordt de mening van chauffeurs wel degelijk meegenomen. “Een tevreden chauffeur die rijdt op een truck waar hij of zij blij van wordt, presteert aantoonbaar beter – ook qua verbruik en inzetbaarheid. Succesvol ondernemen doe je samen,” aldus Van Opdorp.

Die betrokkenheid gaat ver: Manon haalde onlangs zelf haar groot rijbewijs speciaal voor deze nieuwe e-truck. “Als het past in de planning wil ik bij de aflevering graag de Scania zelf ons terrein oprijden. Later hoop ik ook mijn CE-rijbewijs te hebben, zodat ik de truck als combinatie bij de klant kan presenteren. Dat lijkt me fantastisch.”

Duurzaam ondernemen zit in het DNA

De keuze voor zero-emissie transport staat niet op zichzelf. Van Opdorp Transport investeert al langer in verduurzaming. Zo is vorig jaar het volledige dak van het bedrijfspand voorzien van zonnepanelen. Deze worden niet alleen gebruikt voor de laadinfrastructuur, maar leveren ook stroom voor de energie-intensieve tankcleaningactiviteiten op het terrein. Daarnaast wordt in samenwerking met klanten gebruik gemaakt van de hernieuwbare brandstof HVO.

Van Opdorp: “We hebben een jong team en veel medewerkers met jonge kinderen. Dan voel je extra sterk de verantwoordelijkheid om je steentje bij te dragen aan een betere wereld. Als familiebedrijf vinden we het belangrijk om de volgende generatie iets moois na te laten.”

Vertrouwen, relaties en traditie

De Scania BEV (Battery Electric Vehicle) werd geleverd via AST Zeeland, met wie Van Opdorp een bijzondere band onderhoudt. De huidige directeur Rudy Crabbe werkte al met de vader van Manon samen en ondanks dat het merk jarenlang niet in het wagenpark voorkwam, bleef het contact bestaan. Zeven jaar geleden werd de samenwerking opnieuw aangehaald dankzij een chauffeur die groot Scania-liefhebber was.

“Dat is de kracht van familiebedrijven: lange relaties, gebaseerd op wederzijds vertrouwen en respect,” zegt Van Opdorp. “Net zoals we dat met klanten en medewerkers nastreven, doen we dat ook met onze leveranciers. Het voelt bijna alsof mijn vader, die inmiddels is overleden, van boven meekijkt en glimlacht bij deze nieuwe stap.”

Duurzame samenwerking met de industrie

“Dow is verheugd om samen te werken met toonaangevende bedrijven zoals Scania en Van Opdorp om de uitstoot te verminderen en de eerste inzet van een e-truck op onze locatie in Terneuzen aan te kondigen,” zegt Peter van Egerschot, Dow Senior Logistics Director. “Dit gezamenlijke pilotproject heeft als doel om alle Tank-to-Wheel emissies, dit zijn emissies die door een voertuig tijdens het gebruik worden geproduceerd, van bijna 1.000 transporten per jaar in de regio Zeeland te elimineren. Deze samenwerking biedt niet alleen kansen voor onze eigen decarbonisatie, maar stelt ook onze klanten in staat hun broeikasgasemissies te verminderen.”

Een toekomst vol ambitie

Met zo’n 100 medewerkers en dagelijks circa 90 voertuigen op de weg, is Van Opdorp Transport een toonaangevende speler in de logistiek binnen de Benelux, Duitsland en Frankrijk. De nieuwe elektrische truck vormt het begin van een bredere strategie waarin duurzaamheid, innovatie en mensgerichtheid hand in hand gaan.

As early as 2024, the company was one of the first hauliers in Belgium to order two units of the new battery-electric Mercedes-Benz eActros 600.
Until the delivery of the new series production vehicles in the second quarter of 2025, Managing Director Guy Vandijck and a driver provided by Daimler Truck Belgium Luxembourg intensively tested a prototype of the eActros 600 on a journey to an end customer in Switzerland. The route was carefully prepared in advance: in addition to route guidance, charging infrastructure, differences in altitude, vehicle weights and consumption scenarios were also analyzed.

“Our customers, especially larger companies, are actively demanding green alternatives today. The transport sector is the decisive lever,” explains Nathalie Vandijck, Manager at Vandijck Transport. The two new e-vehicles are to cover different applications in real-life operation: one eActros 600 is to be used in shuttle traffic between Limburg and Antwerp in Belgium, the second for international transport to Zurich, Switzerland.

The test drive itself confirmed the theory: with a gross weight of 33.2 tons, the eActros 600 covered 1,530 kilometers under real conditions and with intermediate charging – including mountain routes, descents and urban traffic.
“The range really convinced us. We drove almost 600 kilometers until the first charging process and returned with 13% remaining capacity. It’s a bit unfamiliar at first, but when you understand the principle of energy recovery, the vehicle is astonishingly pleasant to drive,” says Guy Vandijck.

The recuperation system in particular had a great effect: energy was clearly recovered when driving downhill, which had a positive impact on consumption. The average consumption was 96.3 kWh/100 km – a very good figure. The drive not only provided important insights into the vehicle’s energy consumption and range but also impressed with exceptional handling. The absence of engine noise, the low center of gravity due to the battery arrangement and the general driving stability of the eActros 600 made a positive impression. “It’s a pleasure to drive it. You hardly hear anything, the vehicle is quiet on the road and the ride comfort is exceptionally high,” says Guy Vandijck.

Leading by example

Remarkable on this test drive: Managing Director Guy Vandijck himself sat at the wheel – together with an experienced driver from Daimler Truck Belgium Luxembourg.
Guy Vandijck: “As an entrepreneur, I want to experience the challenges of electric driving myself in order to support my drivers in the best possible way,” he explains.
“I don’t want them to feel pushed into something unknown. That’s why I will also be driving the first missions with them.”
Through his personal involvement, Guy Vandijck creates trust in his own team – an important prerequisite for a successful transition to new technologies.
With two eActros 600s ordered and a successful test drive, Guy Vandijck is optimistic about the transport of the future: “Our drivers have to get used to a new driving style, but the enthusiasm is growing. This test drive was not only technically successful, but also a motivation boost for our team,” says Guy Vandijck.
The Swiss end customer was also convinced. “Our customers are delighted when they see that their logistics partner is investing in sustainable solutions – and that’s exactly what we want to show,” Guy Vandijck emphasizes.

The next step towards the future

Even though the expansion of the public charging infrastructure remains a challenge, Vandijck Transport plans to expand its own charging infrastructure with DC charging devices and photovoltaics. External charging breaks should be combined with regular driver breaks where possible.

About the eActros 600

Mercedes-Benz Trucks celebrated the series launch of the eActros 600 at the end of November last year at the Mercedes-Benz plant in Wörth. Deliveries to customers began in December 2024. The electric flagship among Mercedes-Benz Trucks has already proven its capabilities several times under real-life conditions: In customer use and as part of the “eActros 600 European Testing Tour 2024”, a 15,000-kilometer all-electric development trip through a total of 22 countries and the “European Testing Tour Winter 2025” on around 6,500 kilometers through Northern Europe, each with a gross combination mass of 40 tons. In addition, the e-truck was voted “International Truck of the Year 2025”. The award is the most important prize in the industry and is presented annually by the International Truck of the Year (IToY) organization, consisting of 24 commercial vehicle journalists from Europe. The overall technological concept consisting of an electric drive axle and LFP cell technology was decisive for the award.

The high battery capacity of over 600 kilowatt hours – hence the model designation 600 – and a new, particularly efficient electric drive axle developed in-house enable the electric truck to achieve a range of 500 kilometers[1] without intermediate charging. This range is accomplished under very realistic and practical conditions with a gross combination mass of 40 tons, which can also be significantly exceeded depending on the driving style and the route. The eActros 600 will even be able to cover well over 1,000 kilometers per day. Intermediate charging during statutory driver breaks makes this possible, provided that charging options are available.

The eActros 600 has three battery packs, each with 207 kWh[2]. These offer an installed total capacity of 621 kWh. The batteries are based on lithium iron phosphate cell technology (LFP) and are characterized by a long service life. In contrast to other battery cell technologies, more than 95 percent of the installed capacity can also be used with LFP technology. This enables a higher range with the same amount of installed battery capacity. The vehicle is technically designed for a gross combination mass of up to 44 tons. With a standard semitrailer, the eActros 600 has a payload of around 22 tons in the EU. In some cases, national law may allow a higher payload.

[1] The range was determined internally under specific test conditions, after preconditioning with a 4×2 tractor unit with a 40 tons total towing weight at 20°C outside temperature in long-haul operation and may deviate from the values determined in accordance with Regulation (EU) 2017/2400.

Met een compacte bouw, tot wel 7 procent brandstofbesparing en de kenmerkende technische intelligentie van Scania, breidt de nieuwe 11-liter motor het Super-aandrijflijnportfolio uit om te voldoen aan de eisen van gewichtsgevoelige en energie-efficiënte toepassingen.

Scania breidt zijn Super-aandrijflijnportfolio uit met de introductie van de Super 11-motor.
De Super 11-motor is 85 kg lichter dan de Super 13 en levert tot 7% betere brandstofefficiëntie dan de 9-liter motor.
De motor is gericht op gewichtsgevoelig en energiezuinig transport en biedt efficiëntie, prestaties en meer flexibiliteit zonder concessies te doen aan kwaliteit.
De Super 11 is beschikbaar in drie vermogensvarianten: 350, 390 of 430 pk, voldoet aan de Euro 4-, 5- en 6-normen en deelt 85% van zijn onderdelen met de bewezen Super 13-motor.

Scania’s nieuwste innovatie, de 11-liter Super motor, brengt een nieuw niveau van prestaties en flexibiliteit naar het 11-liter segment. Gepositioneerd tussen de gevestigde 9-liter en 13-liter motorplatforms, biedt de Super 11 tot zeven procent betere brandstofefficiëntie dan de huidige 9-liter motor van Scania en is hij 85 kg lichter dan de 13-liter Super. Dit stelt transporteurs in staat om het laadvermogen bij gewichtskritische ritten te vergroten zonder in te boeten op vermogen, brandstofverbruik of betrouwbaarheid.

“Deze motor opent nieuwe mogelijkheden voor energie-efficiënt en kosteneffectief transport. Hij is lichter, efficiënter en flexibeler, maar behoudt de kracht en betrouwbaarheid waar Scania om bekendstaat. Het is een slimme keuze voor vervoerders die dagelijks een balans moeten vinden tussen prestaties, laadvermogen en duurzaamheid,” aldus Ayyoob Zarmehri, Product Manager Truck Sales and Marketing bij Scania.

Ontwikkeld met focus op brandstofbesparing en duurzaamheid

De 11-liter Super motor is beschikbaar in drie vermogensvarianten – 350 pk (1.800 Nm), 390 pk (2.000 Nm) en 430 pk (2.200 Nm) – en voldoet aan de emissienormen Euro 4, 5 en 6. Hij levert topprestaties voor uiteenlopende toepassingen, van stadsdistributie tot regionaal transport.

De Super 11 deelt 85 procent van zijn onderdelen met de beproefde Super 13-motor, waarmee hij trouw blijft aan Scania’s technische DNA, maar wel afgestemd is op een ander operationeel profiel.

De onderhoudsintervallen zijn tot 30 procent langer dan bij Scania’s 9-liter motoren bij gebruik van LDF-5 motorolie, wat leidt tot meer inzetbaarheid en lagere onderhoudskosten.

Innovatieve technologie onder de motorkap

De Super 11 bevat diverse belangrijke verbeteringen die voortkomen uit jarenlange investeringen in technische innovaties. De nieuwe motor is uitgerust met Scania’s eigen nokkenasverstelling voor variabele kleptiming, wat realtime thermisch motormanagement en verbeterde verbranding mogelijk maakt. Dit wordt gecombineerd met nieuwe motorsoftware en balansastechnologie voor minder trillingen, en een krachtige motorrem die tot 344 kW levert via het Scania Variable Valve Brake (VVB)-systeem. Dit alles draagt bij aan een meer soepele en comfortabele rijervaring. Scania’s gepatenteerde turbo dosing-systeem verbetert daarnaast het AdBlue-verbruik en verhoogt de algehele efficiëntie van de motor.

Schonere werking vanaf dag één

De indrukwekkende brandstofbesparing en het lagere gewicht zijn al sterke troeven op het gebied van duurzaamheid, maar daar komt bij dat de Super 11 compatibel is met zowel HVO als FAME. Hiermee kunnen vervoerders hun emissievoetafdruk verlagen zonder te investeren in nieuwe infrastructuur. Het is een oplossing die zowel operationele doelstellingen als lange termijn doelen op het gebied van duurzaamheid ondersteunt.

Eén motor, talloze toepassingen

Compact, lichtgewicht en krachtig: de Super 11 is ontworpen voor een breed scala aan transporttoepassingen, waaronder:
• Kiep- en bulktransport
• Brandstof- en volumetransport
• Huisvuilinzameling en geconditioneerd vervoer
• Algemeen goederenvervoer
• Haakarmvoertuigen en bakwagens met kraan
• Bergingsvoertuigen en brandweerwagens

“De Super 11-motor vertegenwoordigt de volgende generatie van intelligent transport. Hij combineert het beste van Scania’s techniek met de efficiëntie en flexibiliteit die vandaag de dag van vervoerders wordt gevraagd. Of het nu in de stad is of op langere ritten, deze motor is gebouwd om te presteren – kilometer na kilometer,” zegt Ayyoob Zarmehri.

24 uur per dag, 7 dagen per week, 365 dagen per jaar

ASSET Rail is verantwoordelijk voor het onderhoud van het spoor in verschillende regio’s in Nederland. Meer dan 380 medewerkers werken dag en nacht aan het veilig houden van het spoor in onder andere de regio’s Gelre, Eemland, De Peel, Drenthe, Dordrecht, Utrecht en Rijn & Gouwe, vertelt Henri Oudendorp, Uitvoerder Specials en Calamiteiten. “Dit doen we in opdracht van ProRail 24 uur per dag, 7 dagen per week, 365 dagen per jaar. Ons werk bestaat uit gepland onderhoud, het oplossen van storingen en het herstellen van schade na calamiteiten.”

Vraag naar emissievrij transport

“ProRail wil dat aannemers steeds duurzamer werken en onze CO2-footprint verkleinen”, vertelt Oudendorp. “Daarom zetten we al verschillende elektrische gereedschappen en machines in en de keuze voor een elektrische truck past ook in die koers. Met deze elektrische truck vervoeren we een speciale machine, de Romitamp. De Romitamp is een stopmachine. Deze machine heft het spoor een beetje op en drukt daarna ballast onder de dwarsliggers.”

De eerste en de enige

De Volvo FMX Electric is om meerdere redenen een unieke truck in het wagenpark van ASSET Rail. Het is de eerste elektrische truck en de enige truck waarmee het de Romitamp kan vervoeren. “Tot nu toe werd deze machine vervoerd door een extern bedrijf, maar met deze truck kunnen we dit nu zelf doen. De Volvo FMX Electric biedt daarvoor voldoende laadvermogen. De Romitamp is zwaar en de truck moet dus minstens 15 ton netto laadvermogen hebben. Ook is het belangrijk dat de oprijhoek van de truck niet meer dan 8 graden is. Dat is nodig om schade aan de gevoelige sensoren onder de Romitamp te voorkomen. Daarom heeft deze truck een lage oprijbak met hydraulische oprijplaten.”

Oplaadtijd slim benutten

Met zes accupacks en 560 kW aan boord, heeft de truck een actieradius van ongeveer 250 kilometer. “Opladen doen we onderweg bij een laadstation. Vaak heb ik bij aankomst nog 30% accucapaciteit over en met een snellader is de truck dan in 1 uur en 15 minuten weer voldoende opgeladen. Die tijd probeer ik nuttig te gebruiken door de administratie bij te werken, mails te beantwoorden of rust te nemen en even te ontspannen.”

‘Je rust uit tijdens het rijden’

Oudendorp rijdt zelf dagelijks met de Volvo FMX Electric vanuit de standplaats in Amersfoort naar klussen door het hele land. Wat valt hem op? “In vergelijking met dieseltrucks is de Volvo FMX Electric enorm stil. Deze truck rijdt echt als een droom. Je rust uit tijdens het rijden. Als je om vijf uur ’s ochtends na een nachtdienst instapt, stap je twee uur later bijna uitgerust weer uit. Deze truck overtreft mijn verwachting qua performance en comfort.”

De Volvo FMX Electric is multi-inzetbaar

Hoewel de truck vooral wordt ingezet voor het transport van de Romitamp, kunnen er ook andere werkzaamheden mee worden gedaan. Om die reden is de truck voorzien van een 18-tonmeter Palfinger autolaadkraan. “We kunnen er ook spoorstaven mee laden en lossen en ook voor speciale zero-emissie projecten is deze truck zeer geschikt, zoals aan- en afvoer van accu’s bij projecten met elektrische bouwmachines.”

‘Harbers Trucks denkt met je mee’

,,Mijn eerste truck was dan wel een Fiat, maar dat merk ging later op in IVECO. Ik kan dan ook zeggen dat zowel mijn eerste als mijn laatste nieuwe truck een IVECO is, want dit zal wel mijn laatste worden’’ aldus Klaas van der Wiel. Zijn ervaringen met het merk IVECO zijn dat het enorm sterke en betrouwbare trucks waren. Klaas: ,,Vooral die Turbostar was een monster van een auto. Als ik met 50 ton de Van Brienenoord brug op ging kwamen de vlammen uit de uitlaten!’’

Van der Wielen rijdt met drie trucks voornamelijk nationaal met stukgoed en met één truck met een semi- dieplader met landbouw machines. Klaas: ,,Ik rij zelf met stukgoed met een schuifzeiltrailer en dat ga ik vanaf nu doen met deze nieuwe IVECO.’’

Positief verrast door de S-Way

Reden voor de investering van de nieuwe IVECO was het toenemende aantal milieuzones in de steden. Doordat de truck nog in 2024 geregistreerd werd kan Klaas tot 2030 uit de voeten in die zones met deze truck. ,,Ik was meteen aangenaam positief verrast door de S-Way. Ik vind het meteen een erg mooie auto en collega vervoerders zijn er enthousiast over. Reden genoeg dus om met Chris de Vries van IVECO dealer Cornelis Bedrijfsauto’s in gesprek te gaan’’.

Nieuwe XC13 krachtbron met 580 pk

De IVECO S-Way is van het nieuwste model met de nieuwe grille, het moderne nieuwe dashboard en met de nieuwe, 13 liter XC13 krachtbron met Dual Flow Turbine Volute voor downspeeding en hogere inspuitdrukken. Deze non EGR krachtbron is lichter en tot 10% zuiniger dan zijn voorganger. In de gekozen 580 pk uitvoering levert deze motor 2800 Nm aan koppel.

Volledig luchtgeveerd

In overleg met de dealer werd de, volledig luchtgeveerde trekker opgebouwd door SR Truckopbouw in Meeden met een vlonder, een topbalk met verlichting en met zijskirts van Veap Shield. SR maakte ook de achterbumper en bouwde de accessoires van Go-in-Style op zoals de zonneklep en de windkappen op de hoeken van de cabine. Verder werd er een lichtbak gemonteerd met verstralers en zwaailampen en werd er extra verlichting aangebracht. Uiteraard is alles apart inschakelbaar. Het bijzonder fraaie spuitwerk en de afwerking met blanke lak werden uitgevoerd door A. van Dis en Maurits in Bedum. Een glanzende set Alcoa wielen maakt het plaatje af.

Superdik!

Madagascar, the fourth largest island in the world, is located in south-eastern Africa and is home to around 30 million people. The country is one of the poorest in the world. More than half of the children are chronically malnourished. Access to healthcare is severely limited, especially in remote areas. Madagascar is regularly affected by tropical cyclones and droughts, which destroy the livelihoods of the population. In the south of the country, only around 30% of the population has access to clean drinking water, which further exacerbates the already difficult living situation.

The two high-terrain Unimog U 5000 were delivered in summer 2023, converted and then transferred to Antananarivo, Madagascar, where they are now in humanitarian use. In cooperation with the aid organization HoverAid and the DEICHMANN Foundation, the vehicles were specifically converted into mobile clinics. Among other things, the two Unimog have been fitted with container superstructures with medical equipment, air conditioning systems and modules for water treatment. In addition, the power take-off drives generators which, in conjunction with battery storage units, enable a completely self-sufficient power supply. The technical systems have been installed on site, tested and adapted to Madagascar’s specific climatic and logistical conditions.

Jakob Adolf, project coordinator at the DEICHMANN Foundation: “Thanks to the conversion of the two Unimog into mobile clinics, we are now able to reach remote regions that previously had no medical infrastructure. In these areas, we can now provide medical care that was previously impossible. With the two fully equipped vehicles and a large treatment tent, we can provide wound care, dental treatment and important educational work on site.”

All-terrain mobility is required – even through dense jungle and over sandy slopes

Whether on rough terrain, through rivers or over stony tracks: the Mercedes-Benz Unimog U 5000 ensures reliable mobility even under demanding conditions.

The vehicle is particularly suitable for operations on off-road sections away from paved roads. With selectable all-wheel drive, differential locks, push tube technology, portal axles and high ground clearance, it was built for extreme off-road operations. The wading capability also allows it to drive through water up to 1.2 meters deep. In addition, the large tipping and slope angles as well as the robust 4×4 chassis make the Unimog the ideal carrier vehicle for medical operations off the beaten track. A four-cylinder diesel engine with 160 kW (218 hp) and 810 Nm torque, combined with an 8-speed manual gearbox including off-road reduction, provides the necessary power.

A special feature of the Unimog U 5000 is its versatility in difficult terrain. During the project in Madagascar, the off-road capability was put to the test several times, including on low-hanging power lines or washed-out slopes. Thanks to the integrated generator technology, all systems, from the air conditioning system to the water pump, could be operated without an external power supply even during prolonged power outages.

Long-term commitment of the DEICHMANN Foundation

The mobile clinics are part of a comprehensive aid project by the DEICHMANN Foundation, which has been involved in Madagascar for many years. Together with local partners, it promotes educational and health services with the aim of establishing sustainable structures. The focus is not only on technical equipment, but also on the training of medical professionals who will run the clinics in the long term. In addition to the mobile clinic, the foundation is also supporting other projects, including the repair of around 500 wells in the south and north-east of the country this year.

In deze exclusieve challenge neemt Ronnie, de vriend van MrBeast, het op tegen professioneel coureur Dan Ticktum in de geavanceerde Gen3 EVO Formule E-auto van CUPRA KIRO. Als onderdeel van de challenge moet Ticktum op het Miami International Autodrome vier ronden afleggen in de CUPRA KIRO Formule E-racewagen voordat Ronnie er drie kan voltooien.

Authentiek
Deze spannende challenge illustreert opnieuw de toewijding van CUPRA om grenzen te verleggen. De samenwerking met MrBeast biedt CUPRA de mogelijkheid om in contact te komen met een nieuw publiek, om hen de sensatie van elektrificatie op een dynamische, authentieke manier te laten ervaren.

Memories of two championship years
FuoriConcorso has been around since 2019 and is regarded as one of the most attractive events in the classics scene. The two racing sports cars presented by Mercedes-Benz Classic in the gardens of Villa del Grumello have a connection to Italy: the Mercedes-Benz C 11 celebrated its début in 1990 with a one-two victory in the 480-kilometre race in Monza (Jean-Louis Schlesser/Mauro Baldi ahead of Jochen Mass/Karl Wendlinger); the CLK GTR racing sports car took second place in the 1997 FIA GT race in Mugello (Alessandro Nannini/Marcel Tiemann). These Silver Arrows each won the title in the 1990 Group C season as well as the 1997 FIA GT Championship.

De livery van beide voertuigen is geïnspireerd op een van de meest markante racewagens uit de Porsche-historie: de 917 LH uit 1970, liefkozend de “Hippie” genoemd. Deze long-tail versie van de legendarische 917 was speciaal ontwikkeld voor Le Mans en haalde snelheden tot wel 385 km/u. De psychedelisch ogende paarse lak met groene en witte accenten maakte de auto tot een visueel icoon, net als zijn indrukwekkende prestatie: een tweede plaats in de regenachtige en memorabele 24 uur van Le Mans in 1970 in handen van Gérard Larrousse en Willi Kauhsen. De nieuwe livery van de 718 Cayman GT4 Safety Car en de ID. Buzz (inclusief hetzelfde startnummer 3) is een eerbetoon aan deze kleurrijke geschiedenis.

Het ontwerp was destijds van de hand van Anatole Lapine, die slechts een jaar na indiensttreding als hoofdontwerper bij Porsche zijn stempel op de autosport drukte met het “Hippie” ontwerp. Hoewel het lakwerk in delen van de directiekamer voor enige consternatie zorgde, waren raceteam-eigenaar Hans-Dieter Dechent en de verantwoordelijken van zijn sponsor Martini & Rossi dolblij.

Safety Car
In zijn rol als safety car voor de Porsche Carrera Cup Benelux (PCCB) en de Porsche Sprint Challenge Benelux (PSCB) is de Porsche 718 Cayman GT4 het boegbeeld van precisie en performance. Met zijn atmosferische 4,0-liter zescilinder boxermotor, achterwielaandrijving en PDK-versnellingsbak is hij bij uitstek geschikt om bij gevaarlijke situaties op de baan snel en veilig het veld op te vangen en aan te voeren.

De opvallende livery – met een vleugje retrostijl – en de Safety Car verlichting op het dak maken de 718 Cayman GT4 niet alleen functioneel, maar ook een echte blikvanger. De auto is af-fabriek voorzien van onder meer het Club Sport Pakket inclusief volledige kuipstoelen en rolkooi. Daarnaast is de 718 Cayman GT4 uitgerust met zespuntsgordels, een verbeterde set-up voor circuitgebruik en een geavanceerd communicatiesysteem. De speciale Safety Car zal ingezet worden tijdens de Nederlandse races van de PCCB en PSCB.

ID. Buzz
Aan de andere kant van het spectrum staat de volledig elektrische Volkswagen ID. Buzz. Deze moderne interpretatie van de iconische Volkswagen bus fungeert als dienstauto voor de Nederlandse Porsche importeur. In die rol treedt de ID. Buzz in de voetsporen van de legendarische Porsche Renndienst bussen van weleer, die decennialang als trouwe metgezel van de Porsche teams fungeerden. In exact dezelfde vintage kleurstelling als de 718 Cayman GT4 Safety Car slaat hij een brug tussen heden en verleden – en tussen laadpaal en pitstraat.

PCCB en PSCB
De Porsche Carrera Cup Benelux (PCCB) is de snelste merkencup in de Benelux. Dankzij de identieke 911 GT3 Cup auto’s draait het in dit kampioenschap volledig om de vaardigheden van coureur en team. Spannende races, aansprekende namen en een strak georganiseerd programma maken het kampioenschap tot een vaste waarde op de kalender van elke autosportliefhebber. Bovendien is de PCCB al jaren een bewezen springplank voor talenten die dromen van een professionele racecarrière in bijvoorbeeld de internationale Porsche Mobil 1 Supercup.

The BharatBenz commercial vehicle brand was established in 2012 and is specifically tailored to the Indian commercial vehicle market. The portfolio includes truck models ranging from 10 to 55 tons for a wide variety of applications, from local distribution to long-haul transport and mining, as well as various bus models. BharatBenz vehicles are sold and serviced through a nationwide network of more than 375 customer touch points.

DICV’s manufacturing plant which is home to the company’s headquarters and R&D operations is located at Oragadam, Chennai spreading over 400 acres (160 hectares) and includes a state-of-the-art test track. The production site in Oragadam is part of the state-of-the-art global production network. Here, commercial vehicles from four different brands (BharatBenz, Mercedes-Benz, Freightliner, FUSO) are manufactured for more than 70 different markets in the Middle East, Asia, Africa, and Latin America.

Bergheim, Austria May 26, 2025

With an economic output of more than 190 billion euros and a closely integrated industrial landscape, the Rhine-Ruhr metropolitan region is one of Europe’s most dynamic economic areas. Acknowledging this significance, PALFINGER is expanding its presence in the region with the enlargement of the site in Duisburg. As a result of focusing its service offering in this location, the international technology company has ensured it has plenty of space for future growth while building on the strengths of its extensive range of services. As the company’s largest German service site after Ainring, Duisburg covers all product areas – from aerial work platforms and loader cranes to hooklifts and skip loaders, timber and recycling cranes or truck-mounted forklifts.

“With over 170 business partners throughout Germany and a strong global service network, we are already in an excellent position. With the expansion in Duisburg we are strengthening our entire service footprint and meet the growing demand for custom-built solutions, such as our aerial work platforms. This is a consistent move in line with our strategic goal to double our service revenue to EUR 700 million by 2030. For us, service means providing customer-focused solutions, the highest efficiency and maximum availability over the full product life cycle,” says Gerhard Sturm, Senior Vice President Global Sales & Service at PALFINGER.

State-of-the-art service infrastructure
Located on a site that was previously home to a mine shaft and a bunker system, PALFINGER now operates with the most modern infrastructure for providing the best service. The facility includes 1,300 m² service hall and an additional 645 m² workshop for the installation of loader cranes and hooklifts, a new wash bay, along with spacious work and training areas. Additionally, the new site serves as a strategic distribution hub for the expansion of regional partnerships.

In order to meet the increasing demands and keep waiting times for customers as short as possible, PALFINGER plans to raise the number of service staff at the site from current 40 to around 60 employees. PALFINGER Platforms GmbH is also relocating its Krefeld-based operations with around 35 employees to Duisburg. Since expanding the existing premises in Krefeld was not feasible, administrative and sales-related functions – including development, service, strategic purchasing, sales, and the spare parts center – will now be consolidated at the expanded Duisburg site. Production was already centralized at the Löbau site as planned in 2023.

“With the modernization in Duisburg, we are creating the ideal conditions to further enhance the quality of our services in the region,” explains Robert Laimer, Managing Director of Palfinger GmbH in Germany. “The significantly expanded space and state-of-the-art infrastructure enable us to continuously strengthen our service portfolio – ensuring an even better on-site customer experience in the future.”

Bergheim, Austria on May 28, 2025

The delivered vehicles are equipped with two PK 92002 SH and two PK 135.002 TEC 7 crane models – both representing the highest lifting capacity, outreach, and precision. The combination with the PALDRIVE vehicle concept ensures an immediately operational, perfectly coordinated solution for demanding tasks.

“With PALDRIVE, we offer a comprehensive solution from one source – from the setup to the fully operational vehicle. This makes it easier for our customers to enter new projects and increases operational efficiency,” says Gerhard Luger, Head of Sales & Outbound Product Management Installations at PALFINGER.

Technology That Makes the Difference
A key feature of the cranes is HPSC-Plus LOAD – an intelligent stability system that offers even more outreach by considering the vehicle’s inclination and current load condition as additional parameters for stability. This allows the crane performance to be automatically adjusted according to the load, optimizing the work area even in challenging situations.

The system is complemented by P-FOLD, which allows the crane to unfold and fold with just one lever movement. Combined with RTC (Rope Tension Control), which automatically ensures optimal rope tension, setup times are reduced to a minimum – making daily operations more efficient and comfortable.

“The delivery was a great success. Our customers appreciate the intelligent technology as well as the well-thought-out vehicle solutions. Together with our new partner Kraftur hf and Bjarni Halldór Kristjánsson as trustworthy contact on site, we see significant potential for further expanding our activities in Iceland,” says Gerhard Hager, Senior Product Operator at PALFINGER EMEA GmbH.